HC Duitsland 2.3.2

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

   Welkom!

Herhaling 2.3

Waar of niet waar?

1) Vanaf de jaren '60 verslechterden in de detente de relaties tussen de Sovjet-Unie en de VS.

2) Brandt probeerde met zijn Ostpolitik de relatie met de Oost-Europese landen te verbeteren, maar niet met de DDR.

3) In 1972 erkenden de BRD en DDR elkaar als gelijkwaardige staten.

4) De Bondsrepubliek bleef in de '60 en '70 streven naar Duitse eenheid.

5) Om de goede verhouding met het Westen te waarborgen, zette Brandt zich in voor Europese integratie.

6) Gorbatsjov hervormde de Sovjet-Unie door middel van glasnost (hervorming) en perestrojka (openheid). Ook hield hij vast aan de Breznjevdoctrine.

2.3 Toenadering, hereniging en integratie

45. De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van een wapenwedloop en de daaruit voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog.

47. De eenwording van Europa.

48. De toenemende westerse welvaart die vanaf de jaren zestig van de twintigste eeuw aanleiding gaf tot ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen.

Programma

• Herhaling 4.3.1
• Leerdoelen
• Uitleg HC Duitsland 4.3 leerdoel 3
• Video Sovjet-Unie
• Uitleg HC Duitsland 4.3 leerdoel 4
• Herhaling/ weektaak
• Afsluiting

Leerdoelen 2.3

3. Ik kan uitleggen wat de hervormingspolitiek van Gorbatsjov te maken heeft met de val van de Berlijnse Muur.

4. Ik kan beschrijven welke rol het herenigde Duitsland heeft binnen Europa.

Chronologie

Basisvraag: Zet onderstaande gebeurtenissen in de juiste volgorde.

A) Blokkade van Berlijn

B) DDR opgericht

C) Duitsland en Berlijn bezet en verdeeld in bezettingszones

D) Demonstraties en protesten in Oost-Duitsland

E) Hitler verslagen

F) Val van de Berlijnse Muur

Gevorderd: Zet in de juiste volgorde en voeg jaartallen toe.

Aan de slag

- Wat? Keuzemenu

    I herhalingsoefeningen

   II weektaak    

   III vragen stellen

- Hoe? Alleen en in stilte.

- Hulp? Docent of klasgenoot 

(fluisterend).

- Klaar? Werk leerdoelen uit.

Herhalingsoefeningen

1) Welke bewering over het einde van Berlijnse Muur en de Koude Oorlog is juist?

A) De DDR-leiding keerde zich af van de Breznjev-doctrine, omdat zij de gevolgen van hervormingen vreesden.

B) In 1989 ontstond een protestbeweging voor meer vrijheid en politieke hervormingen in de DDR.

C) Vanaf 1989 probeerde Gorbatsjov de Sovjet-Unie met zijn beleid van glasnost en perestrojka te hervormen.

D) Via de open grenzen van enkele Oost-Europese landen trokken veel DDR-burgers naar het Oostblok.  

2) Welk feit droeg niet bij aan de snelle integratie van het verenigde Duitsland in Europa, waarin het steeds meer een leidende rol op zich nam?

A) Frankrijk accepteerde de Duitse hereniging. 

B) Immigratie werd een probleem voor Duitsland.

C) Kohl accepteerde de invoering van de euro.  

Leerdoelen 2.3

3. Ik kan uitleggen wat de hervormingspolitiek van Gorbatsjov te maken heeft met de val van de Berlijnse Muur.

4. Ik kan beschrijven welke rol het herenigde Duitsland heeft binnen Europa.