Zoutformules en namen

H5.1 : Zoutformules en namen
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

H5.1 : Zoutformules en namen

Slide 1 - Diapositive

Je leert:
  • Hoe zouten worden gevormd
  • Een aantal ionsoorten kennen en hoe een inroostert ontstaat
  • Hoe je namen en formules van zouten opstelt

Slide 2 - Diapositive

Herhaling:
Wat betekent de octetregel?

Slide 3 - Question ouverte

Vorming van ionen
  • Na heeft 1 valentie-elektron
  • Wilt er 1 wegdoen vanwege octetregel 
  • Wordt zelf Na+-ion
  • Cl heeft 7 valentie-elektronen.
  • Wilt er nog 1 vanwege octetregel.
  • Wordt zelf Cl--ion

Slide 4 - Diapositive

Vorming van een zout
  • Ionen die ontstaan trekken elkaar aan: ionbinding
  • Ionen zitten in een ionrooster

Slide 5 - Diapositive

Vorming van een zout
  • Een zout bestaat uit een positief en een negatief ion
  • Zouten bestaan uit een metaal & een niet-metaal
  • 1 uitzondering: NH4+-ion

Slide 6 - Diapositive

Welk atoom zal een positief ion vormen en welk ion een negatief ion?
A
metaal =>negatief ion niet-metaal => positief ion
B
metaal => positief ion niet-metaal => negatief ion
C
Ze kunnen allebei positieve en negatieve ionen vormen
D
Dat kan je niet zeggen

Slide 7 - Quiz

Enkelvoudige ionen
  • Ionen die bestaan uit 1 atoomsoort
  • Bestaan atoomsoorten met verschillende ionladingen
  • Aangeven met Romeinse cijfers: goud(I)ion of goud(III)ion
  • De namen van deze ionen moet je beide kanten op leren!


Slide 8 - Diapositive

Enkelvoudige ionen
  • Negatieve ionen eindigen op -ide
  • De namen van deze ionen moet je beide kanten op leren!

Slide 9 - Diapositive

Samengestelde ionen
  • Ionen die uit twee of meer verschillende atoomsoorten bestaan.
  • De namen van deze ionen moet je beide kanten op leren!

Slide 10 - Diapositive

Naamgeving van een zout
  • Systematische naam: naam van het positieve ion + naam van het negatieve ion.
  • Let daarbij op eventuele Romeinse cijfers
  • Triviale namen van zouten: Binas tabel 66A

Slide 11 - Diapositive

Wat is de systematische naam van Al2O3?

Slide 12 - Question ouverte

Wat is de systematische naam van FeCl3?

Slide 13 - Question ouverte

Opdrachten maken:
Opg. 5 t/m 12 

Slide 14 - Diapositive

  1. Schrijf de naam van het zout op.
  2. Schrijf de ionen met ladingen in symbolen.
  3. Bereken de verhouding van de ladingen, zodat het samen 0 is.
  4. Schrijf de verhoudingsformule op
  5. Schrijf de zoutformule op zonder ladingen en met de fase. 
Hoe stel je een zoutformule op?

Slide 15 - Diapositive

Voorbeeld 1
Wat is de zoutformule van natriumchloride?



  1. Schrijf de naam van het zout op.
  2. Schrijf de ionen met ladingen in symbolen.
  3. Bereken de verhouding van de ladingen, zodat het samen 0 is.
  4. Schrijf de verhoudingsformule op
  5. Schrijf de zoutformule op zonder ladingen en met de fase. 

Slide 16 - Diapositive

Voorbeeld 1
Wat is de zoutformule van natriumchloride?
  1. Natriumchloride
  2. Na+              Cl-

  3. 1 plus en 1 min dus verhouding: van beide 1
  4. (Na+)(Cl-)1
  5. NaCl (index 1 schrijven we niet op)
NaCl = keukenzout


Slide 17 - Diapositive

Wat is de zoutformule van ijzer(III)oxide?

Voorbeeld 2

Slide 18 - Diapositive

1. ijzer(III)oxide
2. 
3.    2     :     3
4. 
5. 
Voorbeeld 2
Fe3+
O2
(Fe3+)2(O2)3
Fe2O3(s)

Slide 19 - Diapositive

Geef de juiste verhoudingsformule (zoutformule)
Ben je klaar, geef ook de systematische naam van de zouten met een sterretje

Cl-
O2-
OH-
SO42-
Ca2+
*
K+
*
Fe2+
*
Fe3+
*

Slide 20 - Diapositive

Geef de juiste verhoudingsformule (zoutformule)
Cl-
O2-
OH-
SO42-
Ca2+
CaCl2
CaO
Ca(OH)2
CaSO4
K+
KCl
K2O
KOH
K2SO4
Fe2+
FeCl2
FeO
Fe(OH)2
FeSO4
Fe3+
FeCl3
Fe2O3
Fe(OH)3
Fe2(SO4)3

Slide 21 - Diapositive

Hoeveel goede verhoudingsformules heb jij opschreven?
1-3
4-6
7-9
10-12

Slide 22 - Sondage

Opdrachten maken:
Opg. 5 t/m 12 + 14 t/m 18

Slide 23 - Diapositive

Je kunt nu:
  • Uitleggen hoe een zout wordt gevormd uit een metaalatoom en een niet-metaalatoom
  • Uitleggen hoe een ionbiding tot stand komt en hoe een inroostert eruitziet
  • De naam en formule geven van een aantal veelvoorkomende enkelvoudige en samengestelde ionen
  • De verhoudingsformule opstellen van een zout en de naam van het zout afleiden uit de verhoudingsformule

Slide 24 - Diapositive