T3 - H3 Grammatica: woordsoorten

Welke werkwoorden staan in deze zin?
Ik word morgen 16 jaar.
1 / 12
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Welke werkwoorden staan in deze zin?
Ik word morgen 16 jaar.

Slide 1 - Question ouverte

Welke werkwoorden staan in deze zin?
Heb ik een goed cijfer voor de toets gehaald?

Slide 2 - Question ouverte

Wat zijn de zelfstandige naamwoorden in deze zin?
Heb ik een goed cijfer voor de toets?

Slide 3 - Question ouverte

Wat zijn de zelfstandige naamwoorden in deze zin?
Melissa en Anna hebben het huiswerk in hun agenda geschreven.

Slide 4 - Question ouverte

Wat zijn de lidwoorden in deze zin?
Wil jij de telefoon in de tas doen?

Slide 5 - Question ouverte

Wat zijn de lidwoorden in deze zin?
Vind je het erg als ik het huiswerk niet maak?

Slide 6 - Question ouverte

Wat zijn de bijvoeglijke naamwoorden in deze zin?
Een aardige agent bood wel aan om me naar mijn warme huis te brengen.

Slide 7 - Question ouverte

Wat zijn de bijvoeglijke naamwoorden in deze zin?
Tijdens de saaie les geschiedenis zei de docent dat de toets moeilijk is.

Slide 8 - Question ouverte

Welke voorzetsels staan in deze zin?
Ga jij morgen naar het schoolfeest?

Slide 9 - Question ouverte

Welke voorzetsels staan in deze zin?
Morgen ga ik met jou een film kijken om tien uur.

Slide 10 - Question ouverte

Welke voegwoorden staan in deze zin?
Wil je koffie of wil je thee?

Slide 11 - Question ouverte

Welke voegwoorden staan in deze zin?
Voordat ik aan tafel ga, was ik mijn tanden.

Slide 12 - Question ouverte