Zorgplan: Module 6 - Uitvoeren van zorgactiviteiten

Module 6 
Uitvoeren van zorgactiviteiten 
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Module 6 
Uitvoeren van zorgactiviteiten 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht - Stappen in het zorgproces 
Leg de stappen van het zorgproces op volgorde 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stap 5 in het zorgproces

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen: 
Aan het eind van de les weet je:
  • welke vaardigheden van belang zijn bij stap 5 - Uitvoeren van zorgactiviteiten 
  • verschil tussen objectief en subjectief
  • hoe je rapporteert over de zorgvrager - SOEP/SOAP rapportage





Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vaardigheden zet jij in als je
zorg- en ondersteuningsactiviteiten
uitvoert?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Vaardigheden 
  • Objectief waarnemen bij zorg en ondersteuning
  • Observeren aan de hand van vooraf vastgestelde observatiepunten 
  • Signaleren van veranderingen van gezondheid/zelfzorg 
  • Monitoren van de zorg (toezicht houden/ bewaken)
  •  Rapporteren (van waarnemingen/ observaties)



Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vaardigheid 





Objectief waarnemen en observeren 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Betekenis van objectieve observatie =
A
observatie die gebaseerd is op een gevoel, mening
B
observatie die gebaseerd is op feiten

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een voorbeeld:
De jongen zit onderuit in zijn stoel. Hij vindt de les saai.
A
objectief
B
subjectief

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 
Herken het verschil tussen objectief (feiten) en subjectief (gevoel/emotie).

Kijk naar de volgende foto's en noteer voor jezelf wat je bij afb.1 en afb.2 objectief waarneemt en observeert. 
Overleg dit met een medestudent. 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Observeren ahv observatiepunten 
Rapporteren op vaste observatiepunten -  bijvoorbeeld wondzorg:
  • pijngevoelens;
  • plaats van de wond;
  • vorm en afmeting van de wond
  • de zwelling van de wond;
  • de kleur van de wond (wondbed);
  • de diepte van de wond;
  • het wondvocht (de mate en de samenstelling ervan)

de geur van de wond;

de maatregelen die al zijn genomen;

factoren die de wondgenezing vertragen (bijvoorbeeld of mevrouw Hindudi veel in bed ligt, of ze goed eet).

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

observatie-instrumenten

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Vaardigheid Rapporteren 
Aan de hand van:
  • de vier levensdomeinen (Actiz) 

  • de vier domeinen van het Omaha System (thuiszorg): 
  • - fysiologisch domein: lichamelijk gebied 
  • - gezondheidsgerelateerd gedragsdomein: gedrag en gezondheid
  • - omgevingsdomein: omgeving, mantelzorg/netwerk
  • - psychosociaal domein: gemoedstoestand



Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aandachtspunten rapporteren

  • Volledig informatie.
  • Verhaal is logisch en zit goed in elkaar.
  • Controleer jezelf regelmatig en lees je verhaal terug.
  • Geef aan wat de feiten zijn (objectief) en wat jouw mening is (subjectief).
  • Rapporteer tijdig; houd hier rekening mee in je planning.
  • Eindig de rapportage met je naam, datum en tijd. In het ECD gebeurt dit automatisch in het systeem.
  • Rapporteer met gebruik van de juiste Nederlandse spelling en grammatica.
Gebruik zo min mogelijk afkortingen en onbekende begrippen.










Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

SOEP/ SOAP rapporteren staat voor:
  • Subjectief: Wat de cliënt zegt over zijn eigen belevingen.
  • Objectief: De directe observatie van de situatie door de medewerker. Met andere woorden: het gedrag van de cliënt zoals de medewerker dit waarneemt.
  •   Analyse: Een conclusie getrokken uit de subjectieve en objectieve gegevens die de medewerker heeft verzameld.
  •   Plan: Wat de medewerker vervolgens gaat doen.











Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Casus
Je komt op de kamer van mw. Hendriks om haar vervolgens te helpen bij de ADL. Bij binnenkomst merk je dat mw. Hendriks wat verward is. Je probeert de situatie te verhelderen. Mw. vertelt een branderig gevoel te hebben bij het plassen, tevens zie je dat mw. rode blossen op haar wangen heeft. Je besluit haar temperatuur te meten welke 38,4 graden Celsius is.  In het zorgdossier lees je terug dat mw. regelmatig een UWI heeft. Je besluit de HA te bellen om de urine te laten controleren.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 Bespreken opdracht 

  • S
  • -  
  • A/E 
  • P

Slide 19 - Diapositive

S:  Mw. vertelt dat ze een branderig gevoel heeft bij het plassen
O: Mw. is wat verward. Temperatuur 38,4, mw. heeft veelvuldig UWI
A: Er kan sprake zijn van een UWI gezien bovenstaande klachten.
P: HA wordt gebeld om een UWI uit te sluiten.

Subjectief: Wat de cliënt zegt over zijn eigen belevingen.
  Objectief: De directe observatie van de situatie door de medewerker. Met andere woorden: het gedrag van de cliënt zoals de medewerker dit waarneemt.
  Analyse: Een conclusie getrokken uit de subjectieve en objectieve gegevens die de medewerker heeft verzameld.
  Plan: Wat de medewerker vervolgens gaat doen.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions