HF 7.3 en 7.4 HERHALINGLES

HF 7.3 en 7.4 HERHALINGLES
Wat weet je nog?
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

HF 7.3 en 7.4 HERHALINGLES
Wat weet je nog?

Slide 1 - Diapositive

HF 7.3 Hoe komt de overheid aan geld?
Directe belasting
Indirecte belasting
Niet-belasting ontvangsten

Slide 2 - Diapositive

De gemeente krijgt onroerendzaakbelasting (OZB) van de
A
huurders.
B
huiseigenaren.
C
producten die verkocht worden.
D
Toeristen in de gemeente.

Slide 3 - Quiz

Noem nog een andere bron van inkomsten voor de gemeente.

Slide 4 - Question ouverte

Wie betalen er vennootschapsbelasting (winstbelasting)?
A
ZZP'ers
B
Bv's & Nv's
C
Eenmanszaak
D
VOF

Slide 5 - Quiz

Noem twee indirecte belastingen
A
accijns en btw
B
btw en omzetbelasting
C
accijns en subsidies
D
btw en verkeersboetes

Slide 6 - Quiz

Noem een product waarbij je accijns moet betalen.

Slide 7 - Question ouverte

Hoeveel % BTW betaal je voor een paar nieuwe schoenen?
A
0%
B
9%
C
18%
D
21%

Slide 8 - Quiz

Noem een voorbeeld van niet belastingontvangsten.

Slide 9 - Question ouverte

HF 7.4 Wat geeft de overheid uit?
Rijksbegroting
Miljoenen nota
Begrotingstekort & Begrotingsoverschot
staatsschuld

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Wanneer presenteren ze de rijksbegroting en de miljoenen nota?
A
derde dinsdag van september
B
vierde dinsdag van augustus
C
tweede woensdag van oktober
D
vijfde dinsdag van mei

Slide 12 - Quiz

Wie presenteert de rijksbegroting en de miljoenen nota aan de tweede kamer (koffertje)?
A
De Koning
B
Minister van Binnenlandse zaken
C
De Premier
D
Minister van Financiën

Slide 13 - Quiz

De verwachte inkomsten en uitgaven van het rijk voor het komende jaar staan in de
A
Miljoenennota
B
Rijksbegroting

Slide 14 - Quiz

Wat staat er in de miljoenen nota?

Slide 15 - Question ouverte

Is er een begrotingstekort of overschot? 

Slide 16 - Diapositive


Er is een...
A
Begrotingsoverschot van 366,4 miljard
B
Begrotingstekort van 395 miljard
C
Begrotingstekort van 28,6 miljoen
D
Begrotingstekort van 28,6 miljard

Slide 17 - Quiz

Waaraan geeft de overheid het meeste geld uit?
A
Milieu en Onderwijs
B
Sociale zekerheid en Zorg
C
Defensie en Justitie & Veiligheid
D
Infrastructuur en Buitenlandse zaken

Slide 18 - Quiz

Hoe noem je de schuld van de overheid doordat zij geld hebben geleend voor een tekort?

Slide 19 - Question ouverte