herhaling wiskundige initiatie 1BAKO

In welke fase van Paiget kan je dit plaatsen: schikken voorwerpen op zicht, volgens hun eigen logica (grafische collectie)
A
senso-motorische fase
B
pre-operationele fase
C
concreet operationele fase
D
formeel operationele fase
1 / 21
suivant
Slide 1: Quiz
Wisk iniHoger onderwijs

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

In welke fase van Paiget kan je dit plaatsen: schikken voorwerpen op zicht, volgens hun eigen logica (grafische collectie)
A
senso-motorische fase
B
pre-operationele fase
C
concreet operationele fase
D
formeel operationele fase

Slide 1 - Quiz

In welke fase van Paiget kan je dit plaatsen:
kan voorwerpen seriëren van dik naar dun
A
senso-motorische fase
B
pre-operationele fase
C
concreet operationele fase
D
formeel operationele fase

Slide 2 - Quiz

In welke fase van Paiget kan je dit plaatsen: kinderen zijn in staat om te begrijpen dat voorwerpen verschillende eigenschappen hebben
A
senso-motorische fase
B
pre-operationele fase
C
concreet operationele fase
D
formeel operationele fase

Slide 3 - Quiz

Wat is een logiset?
A
bestaat uit een aantal voorwerpen die lijken op elkaar
B
bestaat uit een aantal voorwerpen die 3 kenmerken hebben
C
bestaat uit een aantal voorwerpen die 5 of 6 vaste kenmerken hebben
D
bestaat uit een aantal voorwerpen die 3 of 4 vaste kenmerken hebben

Slide 4 - Quiz

classificeren
seriëren
zien van gelijkenissen en verschillen
herkennen van eigenschappen
sorteren volgens bepaald criterium
plaatsen van voorwerpen in dalende volgorde
voorwerpen krijgen hierdoor een specifieke plaats
noodzakelijk om later rangorde te begrijpen

Slide 5 - Question de remorquage

waarom is taal zo belangrijk als je wil classificeren en seriëren?

Slide 6 - Question ouverte


A

Slide 7 - Quiz

seriëren
classificeren
praten over tegenstellingen
kleinste pop moet in kleinste bed en grootste pop in grootste bed
Tijdens activiteit schoenen poetsen worden de schoenen van klein naar groot geplaatst.
blokken plaatsen in de juiste bakken volgens grootte en kleur.

Slide 8 - Question de remorquage

Het is de taak als kleuterleid(st)er om 3 tijdsaspecten voldoende aan bod te laten komen; noem deze en geef een vb

Slide 9 - Question ouverte

Hoe kan je deze kalender vereenvoudigen?

Slide 10 - Question ouverte

Hoe kan je deze aanpassen voor de oudste kleuters?

Slide 11 - Question ouverte


Slide 12 - Question ouverte

tijdsaspecten expliciet aanbrengen.
tijdsaspecten impliciet aanbrengen
tijdens onthaal kalenders overlopen.
de kleuter laten verwoorden wat er die dag te doen staat.
kleuters mogen lopen zolang ze muziek horen.
wanneer de zandloper is doorgelopen mag een andere kleuter op de Ipad.

Slide 13 - Question de remorquage

Welke zin is juist?
A
Jongste kleuters hebben al volledig besef van vroeger en nu.
B
Jongste kleuters kunnen de woorden morgen en gisteren correct gebruiken.
C
Jongste kleuters maken stilaan kennis met tijd, eerst toekomst dan verleden.
D
Oudste kleuters hebben nog hulp nodig met vooruitblikken en terugblikken.

Slide 14 - Quiz

Welke zin is niet juist?
A
Constructiemateriaal kent verbindingen en bouwmaterialen niet.
B
Bouwmaterialen passen de onderdelen in elkaar.
C
Constructiemateriaal valt niet snel uit elkaar.
D
Bij construeren wordt er ook beroep gedaan op kracht en behendigheid.

Slide 15 - Quiz

Welke meerwaarde heeft bouwen voor kleuters? Noem er 6

Slide 16 - Question ouverte

fase 1 van bouwen
fase 2 van bouwen
fase 3 van bouwen
fase 4 van bouwen
fase 5 van bouwen
fase 6 van bouwen
verticaal bouwen
horizontaal leggen
2 richtingen bouwen
ruimte zonder betekenis
ontdekt de functie van bouwwerk
nood aan aanvullend speelgoed

Slide 17 - Question de remorquage

omschrijf een goede bouwhoek

Slide 18 - Question ouverte

Puzzelen is ...
(welke is volledig correct?)
A
heel belangrijk, alle kleuters moeten verplicht worden dit te doen.
B
een doel op zich.
C
een activiteit met als functie achterliggende doelen te bepalen
D
er is een duidelijke grens tussen bouwen en construeren.

Slide 19 - Quiz

Welke meerwaarde heeft puzzelen?

Slide 20 - Question ouverte

Hoe ervaarde jij de quiz?
moeilijk, dringend tijd om het eens grondig aan te pakken.
het ging wel maar merk dat ik hier en daar nog wat moet opfrissen.
vlotjes, ik begrijp het helemaal

Slide 21 - Sondage