Symmetrie

Symmetrie
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Symmetrie

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
Na deze les:
  • Weet ik wat lijnsymmetrie is.
  • Kan ik de symmetrieassen in een figuur tekenen.
  • Kan ik de juiste tekens bij gelijke zijden zetten.
  • Weet ik wat een deellijn is.
  • Kan ik de juiste tekens bij gelijke hoeken zetten.

Slide 2 - Diapositive

Introductie
Overal om ons heen is symmetrie. Mensen vinden symmetrie mooi. 
Mooie gebouwen en tuinen zijn vaak symmetrisch: 
de linker- en de rechterhelft zijn dan hetzelfde.

Slide 3 - Diapositive

Lijnsymmetrie

Slide 4 - Diapositive

Vouwlijn
Je kunt de vlinder dubbelvouwen over de rode stippellijn. De twee helften passen dan precies op elkaar. Dit noemen we lijnsymmetrie.

Slide 5 - Diapositive

Lijnsymmetrie
Als twee helften elkaars spiegelbeeld zijn spreken we over lijnsymmetrie. Achterin je boek zit een spiegeltje. Hiermee kun je controleren of een figuur lijnsymmetrisch is. Leg het spiegeltje op de vouwlijn van de figuur. 
Zie je nu de hele figuur dan is deze figuur lijnsymmetrisch.

Slide 6 - Diapositive


Welke figuren zijn lijnsymmetrisch?
A
Alleen het vliegtuig.
B
Alleen het verkeersbord.
C
Geen van beide.
D
Allebei.

Slide 7 - Quiz

Symmetrieas
Alleen het vliegtuig is lijnsymmetrisch. 
Je kan het spiegeltje op de rode vouwlijn
leggen om dit te controleren.
Deze vouwlijn noemen we de symmetrieas.

Slide 8 - Diapositive

Symmetrieassen
Sommige figuren hebben meerdere symmetrieassen.
                                                        Het logo van Mercedes heeft
                                                        drie symmetrieassen.

                                                         Als je een symmetrieas tekent dan
                                                         loopt deze altijd door de figuur heen
                                                         en stopt niet bij de rand.    

Slide 9 - Diapositive

Hoeveel symmetrieassen
heeft deze figuur?
A
1
B
2
C
4
D
8

Slide 10 - Quiz

Uitleg
Er zijn 4 symmetrieassen. 
Dit kun je controleren door het spiegeltje op de symmetrieassen te zetten.

Slide 11 - Diapositive

Hoeveel symmetrieassen
heeft een vierkant?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 12 - Quiz

Hoeveel symmetrieassen
heeft een rechthoek?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 13 - Quiz

Gelijkbenige driehoek
Een driehoek waarvan twee zijden even lang zijn, 
noemen we een gelijkbenige driehoek.
Een gelijkbenige driehoek heeft precies 1 symmetrieas.

  • De symmetrieas staat loodrecht op zijde AB 
       en deelt deze zijde precies doormidden.
  • AC en BC zijn even lang (gelijke tekens).
  • hoek A is even groot als hoek B (gelijke tekens).

Slide 14 - Diapositive

Deellijn
De symmetrieas verdeelt hoek A 
in twee gelijke hoeken (gelijke tekens). 
We noemen de symmetrias ook wel 
de deellijn van de hoek.
  • De symmetrieas staat loodrecht op zijde AB 
       en deelt deze zijde precies doormidden.
  • AC en BC zijn even lang (gelijke tekens).
  • hoek A is even groot als hoek B (gelijke tekens).

Slide 15 - Diapositive

Gelijkzijdige driehoek
Een driehoek waarvan alle drie de zijden even lang zijn, 
noemen we een gelijkzijdige driehoek.
Een gelijkzijdige driehoek heeft 3 symmetrieassen.

  • AC , AB en BC zijn even lang
  • hoek A, hoek B en hoek C zijn even groot

Slide 16 - Diapositive

Oefenen
Maken:
H4 opdracht 2,3 blz. 92/93 in je boek,  in je werkboek is dit bladzijde 42. 

DEZE OPDRACHTEN LEVER JE IN! 

Slide 17 - Diapositive

Ik kan vertellen wat lijnsymmetrie is.
A
Ja.
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen.
C
Nee, ik heb nog extra uitleg nodig.
D
Nee, ik begrijp het nog niet zo goed.

Slide 18 - Quiz

Ik weet hoe ik symmetrieassen moet tekenen in een figuur.
A
Ja.
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen.
C
Nee, ik heb nog extra uitleg nodig.
D
Nee, ik begrijp het nog niet zo goed.

Slide 19 - Quiz

Ik weet welke tekens ik moet gebruiken om aan te geven dat zijden even lang zijn.
A
Ja.
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen.
C
Nee, ik heb nog extra uitleg nodig.
D
Nee, ik begrijp het nog niet zo goed.

Slide 20 - Quiz

Ik weet wat de deellijn van een hoek is.
A
Ja.
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen.
C
Nee, ik heb nog extra uitleg nodig.
D
Nee, ik begrijp het nog niet zo goed.

Slide 21 - Quiz

Ik weet hoe ik aan moet geven dat hoeken even groot zijn.
A
Ja.
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen.
C
Nee, ik heb nog extra uitleg nodig.
D
Nee, ik begrijp het nog niet zo goed.

Slide 22 - Quiz