arbeidsrecht h3 gezag loon en arbeid

• Handel
• MBO
• Studiejaar 1

Gezag, loon en arbeid

In hoofdstuk 1 heb je geleerd over de verschillende juridische constructie voor het verrichten van arbeid.

in dit hoofdstuk meer over de  arbeidsovereenkomst  aan het eind kun je: 

* 3 kenmerken van de arbeidsovereenkomst noemen en beschrijven

*uitleggen waarom het belangrijk is om te weten of er werk wordt verricht op basis van een arbeidsovereenkomst

noem de 4 juridische constructies voor het verrichten van arbeid

antwoorden van de gemaakte opdrachten uit het boek

opdracht 1

Er kan zeker sprake zijn van een arbeidsovereenkomst tussen de specialist en het ROC. Weliswaar kan er weinig gezag door de werkgever worden uitgeoefend als het gaat om haar specialistische kennis. Maar de werkgever geeft bijvoorbeeld wel instructies over haar aanwezigheid tussen 9.00 uur en 17.00 uur en wat zij dan vooral moet doen. Ook het onderbrengen bij een bepaalde afdeling waarvoor de directeur Beheer verantwoordelijk is, 

wijst op werknemerschap.

opdracht 2

Het element ‘persoonlijk het werk verrichten’ ontbreekt. Deze bepaling maakt min of meer duidelijk dat het er vooral om gaat dat de kranten bezorgd moeten worden, ongeacht wie dat doet.

 Daarom lijkt er geen sprake te zijn van een arbeidsovereenkomst.

opdracht 3

Arbeid, loon en gezag (chef van de boekenafdeling oefent het gezag namens de

werkgever uit) zijn aanwezig, dus er is sprake van een arbeidsovereenkomst.

opdracht 4

Van dit rechtsvermoeden kan gebruik worden gemaakt als 1) de werknemer minimaal twintig uur per maand voor de werkgever heeft gewerkt, of twintig als de werknemer iedere week gedurende minstens drie opeenvolgende maanden werk heeft verricht. Aan de eerste eis (twintig uren per maand) voldoet de ontwerper niet. Aan de tweede eis voldoet hij wel. De ontwerper kan daarom gebruikmaken van het rechtsvermoeden van het bestaan van de arbeidsovereenkomst. Dit wil zeggen dat er nu aangenomen wordt dat de ontwerper werkt op basis van een arbeidsovereenkomst, tenzij de werkgever kan aantonen dat dit niet het geval is. 

opdracht 5

Art. 7:610b BW biedt een rechtsvermoeden voor het geval de omvang van de

arbeidsovereenkomst niet duidelijk is. In dat geval geldt als vermoeden de gemiddelde arbeidsduur van de afgelopen drie maanden. Die omvang bedraagt in dit geval twintig uur per week.

opdracht 6

a. Het UWV heeft de vrouw een uitkering op grond van de Werkloosheidswet geweigerd, omdat zij geen werkneemster zou zijn en daarom gen recht heeft op een uitkering in geval van faillissement van het bedrijf waar ze werkt. Het UWV meent dat de elementen van de arbeidsovereenkomst in haar werkrelatie niet aanwezig zijn, met name de gezagsverhouding zou ontbreken.

b. De vrouw is de echtgenote van de directeur van de BV.

c. De rechtbank toetst haar positie op basis van de drie kenmerken van een

arbeidsovereenkomst: arbeid, gezag en loon, waarbij het vooral gaat om het al

dan niet aanwezig zijn van een gezagsrelatie tussen haar en haar man.

d. De rechtbank komt tot het oordeel dat in de arbeidsrelatie alle drie de kenmerken

aanwezig zijn en dat het besluit van het UWV om haar een uitkering te weigeren

daarom vernietigd moet worden.

Wat is GEEN kenmerk voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst?

1. Er moet sprake zijn van (een) gezag(srelatie) tussen de werkgever en werknemer.
2. Er wordt loon betaalt door de werkgever aan de werknemer.
3. Er moet sprake zijn van schriftelijke afspraken tussen de werkgever en werknemer.
4. De werknemer verricht werkzaamheden voor de werkgever.

Jij hebt een belangrijke date en kan niet naar je werk in de supermarkt.
Je neef wil het wel van je overnemen.
mag hij het werk voor je doen?

1. ja, waarom niet
2. nee, volgende de overeenkomst moet ik de arbeid zelf verrichtten

het minimumloon voor een 17 jarige is
E4,04 per uur. Jouw nieuwe bij baantje betaald jou 3.80 per uur. mag dat?

1. ja je mag als werkgever van het minimum loon afwijken. dus lager ook
2. Nee, het is minimaal de werkgever mag wel meer betalen

Jouw werkgever betaald je loon 3 weken te laat.
mag dat

1. nee, hij moet wettelijk op tijd betalen
2. Ja, in crisis tijd is het niet anders beter dan geen loon
3. nee, hij moet volgens de wet op tijd betalen anders heb je recht op vertragingsschade
4. Ja, volgens de wet moet hij betalen maakt niet uit wannneer

Je werkgever krijgt over 2 dagen pas nieuwe opdracht voor werk, is er voor jou nu niks te doen. heb je recht op doorbetaling?

1. ja, dit is een bedrijfsrisico. hij moet je betalen
2. nee, hij kan er niks aan doen
3. je hebt recht op de helft van het normale loon
4. nee, tenzij het langer dan een week duurt

is hier spraken van rechtsvermoeden van bestaan van arbeidsovereenkomst?
Stef de timmerman, heeft afgesproken om 6 maanden op de bouw te komen helpen. Er zijn 3,5 maand voorbij waar hij 5 dagen per week 10 uur heeft gewerkt

1. ja
2. nee