Spanning, tijd en ruimte 1.8 en 1.9

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1-3

Vandaag

Toepassen theorie

Toets bespreken

Toets

Toepassen theorie bij verhaalfragment

Paar vragen over je boek

Voorbeeld toetsvragen:

Leg uit wat een biografie is en geef een voorbeeld.

Lees het verhaalfragment. Begint het verhaal in medias res of ab ovo? Leg uit.

Functies van ruimtes 

plaatsbeschrijving: gedetailleerde beschrijving van een plek, bijv. de huiskamer

sfeer: gedetailleerde beschrijving van bijvoorbeeld het weer (bijv. onweer)

informatie over personage en diens gevoelens: bijvoorbeeld iemand in een afgesloten ruimte

Voorbeelden technieken spanning 

open plekken in de tekst: lezer weet niet gelijk alles

uitstel en vertraging: auteur werkt toe naar een climax en kan dan bijvoorbeeld ineens weer een flashback geven

dwaalspoor: de schrijver wekt verkeerde vermoedens

vooruitwijzing: er wordt alvast verwezen naar een mogelijke afloop (dit is niet hetzelfde als een informatievoorsprong)

Verhaallijnen

Waar het verhaal om draait: kan om een of meerdere personen gaan. 

in medias res (halverwege het verhaal) of ab ovo (vanaf het begin)

Chronologie en flashback

Chronologische volgorde: gebeurtenissen vinden plaats in de volgorde zoals ze in de werkelijkheid plaatsvinden.

Flashback: lezer wordt meegenomen naar het verleden (ook in dialogen, etc.). 

Vragen tijdens het kijken

1. Welke opvallende karaktertrekken?

2. Wat zou onderdeel van het thema kunnen zijn?

3. Zie je al abstracte motieven, dus zaken die indirect door het verhaal heenlopen als een patroon?

4. Wat is het vertelperspectief?

Maken

Nakijken in Teams: 1.4

Maken:

Paragraaf 1.5, deel 2 (inleidende vragen en fragment uit 'Tegenspel'), blz. 62 e.v.