Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
1HV 4.8 Grammatica woordsoorten: psv + bzv
1 / 25
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Cette leçon contient
25 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Wat leer je nou?
Herhalen zinsdeel: meewerkend voorwerp
Woordsoort: persoonlijk voornaamwoord en
bezittelijk voornaamwoord
Spellen: voltooid deelwoord
Slide 3 - Diapositive
Woordgrapje!
Ik-werkwoord:
psv 1e persoon enkelvoud
+
zelfstandig naamwoord enkelvoud of meervoud
Slide 4 - Diapositive
ng: koppelwerkwoord + bn en/of zn.
Grammatica zinsdelen benoemen
Slide 5 - Diapositive
Uit Ta!ent: meewerkend voorwerp
Maak opdracht 10 op bladzijde 59.
Slide 6 - Diapositive
§4.8 Grammatica woordsoorten
vw = voegwoord
psv = persoonlijk voornaamwoord
bzv = bezittelijk voornaamwoord
Slide 7 - Diapositive
Woordsoort: voegwoord (vw)
hoofdzin+hoofdzin -->
en, want, maar, dus, (of)
hoofdzin+bijzin
bijzin+hoofdzin
Slide 8 - Diapositive
'Omdat' en 'want hebben dezelfde betekenis. Na welk voegwoord volgt een hoofdzin?
A
omdat
B
want
C
terwijl
Slide 9 - Quiz
persoonlijk voornaamwoord
(psv)
Slide 10 - Diapositive
woordsoort: persoonlijk voornaamwoord (psv)
voorwerpsvorm
onderwerpsvorm
Het psv verwijst naar één of meerdere personen,dingen of begrippen.
onderwerpsvorm = o
Hij kan geweldig gamen.
Waarom willen jullie meedoen?
voorwerpsvorm = lv en mv of na een voorzetsel
Ik heb haar gebeld (lv)
De docent geeft hem een tien. (mv)
We spraken bij ons af. (na vz)
Slide 11 - Diapositive
Je gebruikt '
hen'
:
Als het een lijdend voorwerp is.
Ik
zie
hen
buitenspelen.
Na een voorzetsel.
Ik geef de boeken
aan hen
.
Je gebruikt 'hun':
Bij personen in een meewerkend voorwerp zonder voorzetsel ervoor.
Hij geeft
hun
de bos bloemen.
'
HEN of HUN?
Slide 12 - Diapositive
Welk woord(en) is (zijn) een persoonlijk voornaamwoord (psv)?
A
hij
B
die
C
welke
D
hem
Slide 13 - Quiz
Het bezittelijk voornaamwoord (bzv)
Slide 14 - Diapositive
Het bezittelijk voornaamwoord (bzv) duidt een bezit aan.
Het heeft
een enkelvoud en een meervoud.
Persoon
Enkelvoud
Meervoud
1e
mijn, m'n
ons, onze
2e
jouw, je
jullie
uw
uw
3e
zijn, z'n
hun
haar
zijn
Slide 15 - Diapositive
Het bezittelijk voornaamwoord (bzv)
Zijn
grootste hobby is kitesurfen.
Het bzv geef aan van wie iets is.
Het staat meestal voor een zn.
Maar soms staat er ook een bn en vz ervoor.
Slide 16 - Diapositive
Mijn fiets is gestolen. (bzv)
De gestolen fiets was van mij. (vz+psv)
Met een vz+psv
kan je ook een bezit
aangeven.
Slide 17 - Diapositive
De meeste vreemde talen hebben meer verschillende bzv dan het Nederlands.
Het bzv past zich aan aan het zn dat erbij hoort, zoals in het Frans:
ta
mère,
ton
papa,
tes
parents
Slide 18 - Diapositive
Welk woord is een bezittelijk voornaamwoord (bzv)?
A
hij
B
hem
C
zijn
D
is
Slide 19 - Quiz
Wat?
Toetsinzage
§4.7 Grammatica zinsdelen: nakijken 6, 7, 9
§4.8 Grammatica woordsoorten: nakijken 3, 4, 5 en maak 6, 7, 9 10, 11
§4.9 Spelling: maak 1, 2, 3 en 5
Hoe?
Leerwerkboek
Hulp?
Boek, klasgenoot, Straver
Resultaat?
Huiswerk
Leerdoel?
persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
voltooid deelwoord spellen
Klaar?
Taak week 14: Test jezelf §4.7 en §4.8
Slide 20 - Diapositive
Hoe ging het in de klas?
Wat weet je nu?
Slide 21 - Diapositive
Wat weet je nu?
zinsdeel: meewerkend voorwerp
woordsoorten: voegwoord, persoonlijk en
bezittelijk voornaamwoord
spellen: voltooid deelwoord
Slide 22 - Diapositive
Einde van de les
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Meewerkend voorwerp (mv)
Het mv werkt mee aan het o, wg en lv. Als het zinsdeel begint met aan/voor en je kunt dit voorzetsel weglaten. Maar ook andersom, dus toevoegen.
Slide 25 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
4.8 Grammatica woordsoorten: psv + bzv
Mars 2021
- Leçon avec
23 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
1HV 4.8 Grammatica woordsoorten: vw + psv
Mars 2021
- Leçon avec
24 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
BE1 4.8 Grammatica woordsoorten: psv + bzv
Avril 2022
- Leçon avec
35 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
4.8 Grammatica woordsoorten: vw + psv
Mars 2021
- Leçon avec
23 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
1HV 4.8 Grammatica woordsoorten: psv + bzv
Février 2023
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
4.8 en 5.8 - woordsoorten: psv, bzv, av en vrv
Juin 2024
- Leçon avec
42 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
5.8 Grammatica woordsoorten: av +vrv
Mai 2021
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
BE1 5.8 Grammatica woordsoorten: av +vrv, analyse en differentiatie
Mai 2022
- Leçon avec
29 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1