Online les 2: 24012022

Welkom bij Economie in Mavo 3
Online les
2
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij Economie in Mavo 3
Online les
2

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen vandaag?
  • Start + Welkom
  • Bespreken huiswerk: 3.5 C+D
  • Herhalen: Productie, productiefactoren, productiesectoren, productiecapaciteit en arbeidsproductiviteit en marktaandeel
  • Maken Rekenvaardigheden 3.5 A+B



Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zat het ook al weer?
Wat verstaan we onder productie in ruime zin?

Wat verstaan we onder productie in enge zin? 

Wat is het verschil tussen formele productie en informele productie? 
Formele productie + informele productie
Formele Productie
Formele productie=  geregistreerde productie door overheid + bedrijven.

Informel productie= niet geregistreerde productie.
  • zelfvoorziening
  • vrijwilligerswerk
  • zwart werk
  • eigen huishouden

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Productie 
  • Produceren = Het maken van goederen of het leveren van diensten  
  • Je hebt formele productie:
Dit zijn goederen & diensten die geproduceerd worden door bedrijven. Deze producten worden geregistreerd de overheid en wordt belasting over betaalt
  • Je hebt ook informele productie
Dit zijn goederen & diensten die geproduceerd worden door criminelen of vrijwilligers. Hier wordt geen belasting over betaalt.  

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vergoeding voor de productiefactoren
Kapitaal
Arbeid
Natuur
Ondernemerschap
huur, rente
loon
pacht
winst

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In het verleden was het kanobedrijf arbeidsintensief
Arbeidsintensief:
bedrijven met hoge arbeidskosten, omdat de productie daar vooral tot stand komt door menselijke arbeid (vaak dienstverlenende bedrijven).
Arbeidsintensief of kapitaalintensief?
Tegenwoordig is het kanobedrijf kapitaalintensief
Kapitaalintensief:
bedrijven die in verhouding veel gebruik maken van kapitaalgoederen. Zij hebben ook hoge afschrijvingskosten.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Productiesectoren   

Slide 7 - Diapositive

De ondernemingen waarbij je kunt werken, zijn verdeeld in vier productiesectoren.

De primaire sector: hier horen bedrijven bij die grondstoffen maken zoals boeren, vissers, de houtkap en mijnbedrijven.

De secundaire sector: hier horen bedrijven bij die de grondstoffen van de primaire sector nemen en verwerken tot iets anders. Fabrieken, bouwbedrijven, pottenbakkers en soortgelijke bedrijven.

De tertiaire sector: hierin vind je alle bedrijven die een dienst leveren (en dus niet een goed maken!) en deze met winst proberen te verkopen. Alle winkels horen hierbij, maar ook de bank, de NS, de kapper en klusbedrijven,

De quartaire sector: hier vallen alle bedrijven onder die een dienst leveren en deze niet met winst proberen te verkopen. De diensten die in de quartaire sector worden geleverd zijn grotendeels openbaar. Hieronder vallen de politie, brandweer en het onderwijs.
Productiecapaciteit
Productiecapaciteit = De maximale hoeveelheid producten die een bedrijf kan maken.

Alles wat beschikbaar is in een onderneming (Kapitaal en Arbeid) om te produceren, bepalen de productiecapaciteit.

Wordt de productiecapaciteit NIET benut, dan is er sprake van onderbezetting



Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Arbeidsproductiviteit
Wat 1 persoon kan produceren in een bepaalde tijd
Bepaalde tijd = uur, dag, week, maand

Formule voor arbeidsproductiviteit


arbeidsproductiviteit = Productie : gewerkte tijd 

    

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Arbeidsproductiviteit vergroten
Dat kan op de volgende manieren:
* Scholing
* Betere arbeidsomstandigheden
* Beloning (bonussen) NIET extra loon of loonsverhoging!!!
* Betere arbeidsverdeling (specialisatie)
* Technologische ontwikkelingen 
     -  Mechanisatie 
     -   automatisering

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Arbeidsproductiviteit vergroten
De arbeidsproductiviteit wordt NIET vergroot door:
  •  Extra werknemers aan te nemen
de zittende werknemers gaan dan niet meer produceren, de productiecapaciteit van het bedrijf stijgt dan wel.
  • Langere werkdagen of meer uren te werken; 
immers de arbeidsproductiviteit gaat erom hoe je per uur meer producten kan maken en het is logisch dat wanneer je langer werkt de productie stijgt maar je hoeft dan niet meer producten per uur te maken.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen?
VRAGEN?

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Quizzzz

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is geen voorbeeld van productie in enge zin?
A
Het maken van een fiets bij de gazellefabriek.
B
Het maken van kaas bij de kaasmakerij
C
Geven van advies door de hypotheekadviseur
D
Als vrijwilliger voetbaltraining geven.

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Harry en Nancy besluiten vanaf 2021 zelf de ramen van hun huis te gaan wassen ipv een glazenwasser in te huren. De formele productie zal hierdoor ...(1) en de informele productie zal hierdoor ...(2)
A
1 stijgen 2 stijgen
B
1 stijgen 2 dalen
C
1 dalen 2 stijgen
D
1 dalen 2 dalen

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn voorbeelden van informele productie?
A
A en B
B
B en C
C
C en D
D
A en D

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Om te produceren zijn productiefactoren nodig. Welke productiefactoren zijn er? (KANO)
A
Kapitaal, Arbeid, Natuur en Omzet
B
Kennis, Arbeid, Natuur en Omzet
C
Kapitaal, Arbeid, Natuur en Ondernemerschap
D
Kennis, Arbeid, Natuur en Ondernemerschap

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de foto's naar de juiste productiefactoren.
Kapitaal
Arbeid
Natuur

Slide 18 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Productiefactoren
Natuur
Kapitaal
Arbeid
Bomen
Graan
Machine
Vrachtwagen
Personeel
Werknemer

Slide 19 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Kapitaal
Arbeid
Natuur
Ondernemerschap
Beloningen productiefactoren
winst
huur
loon
pacht
rente

Slide 20 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat helpt NIET om de arbeidsproductiviteit te verhogen?
A
Meer mensen aannemen
B
Technologische ontwikkelingen
C
Betere arbeidsomstandigheden
D
Scholing en specialisatie

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Door specialisatie stijgt de arbeidsproductiviteit
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Learnbeat
Maken par. 3.5 A + D maken en nakijken

Klaar?
Bedenk waar je nog uitleg over wil de laatste les as woensdag!!!@

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zou je graag de laatste les voor de PTA-week doen of behandelen?

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk:

Par. 3.5 A+D!

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions