Les 6 - V4 90 min - actividades y ropa en la fiesta imperfecto

Clase de español V4
jueves, 17 de septiembre de 2020
Objetivo
Texto sobre actividades y ropa
Imperfecto
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Clase de español V4
jueves, 17 de septiembre de 2020
Objetivo
Texto sobre actividades y ropa
Imperfecto

Slide 1 - Diapositive

Hoy en clase
La clase anterior
La preparación en casa para hoy
Hacer ejercicios imperfecto
Terminar texto actividades
Escribir sobre la ropa
Een overzichtje
La preparación para la clase
La evaluación

Slide 2 - Diapositive

En la clase anterior
Habla en holandés sobre la clase anterior y contesta a estas preguntas:
1. ¿De qué fiesta vimos un vídeo?
2. ¿Qué escribiste en clase?
3. ¿Sabes la diferencia entre hay, estar y ser?
timer
1:30

Slide 3 - Diapositive

La preparación para hoy
Leren vocabulaire: la ropa (sp-nl en nl-sp)

Leren grammatica imperfecto (zie link filmpje)

Leren perfecto (zie bijlage)

Leren hay/ser/estar (zie bijlage)



https://www.youtube.com/watch?v=gtCwfH6cKcc

Slide 4 - Diapositive

Repasar vocabulario

La ropa
español - holandés y holandés - español
¿Qué lleva puesto tu compañero de clase?
Escribe en tu cuaderno en español.
Con mucho detalle.
Sin mirar la lista de vocabulario
timer
3:00

Slide 5 - Diapositive

¿Qué lleva puesto tu compañero de clase?
Escribe en tu móvil en español.
Con mucho detalle.
Sin mirar la lista de vocabulario
timer
3:00

Slide 6 - Question ouverte

El imperfecto
Habla con tu compañero de clase cómo se forma el imperfecto y cuando se usa en holandés


timer
2:00

Slide 7 - Diapositive

El imperfecto
Hacer ejercicio 8 hasta estar (frase 6) del reader.

timer
2:00

Slide 8 - Diapositive

El imperfecto
1. bebía bebíamos bebías
2. escribía escribíamos escribías
3. salía, salíamos, salías
4. estudiaba, estudiábamos, estudiabas
5. iba, íbamos, ibas
6. estaba, estábamos, estabas

Slide 9 - Diapositive

El imperfecto y la ropa
Mira el siguiente vídeo y escribe en español dos frases con el imperfecto sobre la ropa durante la fiesta.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Escribe ahora tus 2 frases en español en tu móvil.

Slide 12 - Question ouverte

Corregir y terminar texto actividades
1. Wanneer was het feest? (maand, hoeveel dagen etc) (ser of estar?
2. Je hebt met de Spanjaarden meegedaan aan het feest:
  • wat moest je steeds doen?
  • wat deden de Spanjaarden?
  • wat zag je veel.
  • hoe was dat? Wat vond je daarvan?
timer
6:00

Slide 13 - Diapositive

Escribir sobre la ropa
Zoek op je telefoon en geef antwoord op deze vragen in het Nederlands zo volledig mogelijk:
  1. Wat dragen de Spanjaarden tijdens het feest?
  2. Is het typische klederdracht?
  3. Wat dragen de kinderen, iets anders?
  4. Waarom dragen ze die kleren?.
timer
4:00

Slide 14 - Diapositive

Escribir sobre la ropa
En schrijf nu in het Spaans in je schrift zonder je mobiel te gebruiken (reader mag): Let op je bent aan het beschrijven dus welke tijd moet je gebruiken?
  1. Wat droegen de Spanjaarden tijdens het feest?
  2. Zagen ze er mooi uit?
  3. Was het typische klederdracht?
  4. Wat droegen de kinderen, iets anders?
  5. Waarom droegen ze die kleren?
  6. Wat had jij aan? Verkleed je en maak een selfie zodat het lijkt alsof je er echt bent geweest.
timer
10:00

Slide 15 - Diapositive

Een overzichtje:
Week 39: werken aan bebida y comida (gram; concordancia/adjetivo) en lezen
Week 40: werken aan música y baile 
Week 41: werken aan mi opinión en preguntas en lezen
(thuis werken aan je powerpoint/prezie)
Week 43: presentaties
Week 44: presentaties
Week 45: vocabulaire (van je reader) en grammaticatoets (perfecto, imperfecto, hay/ser/estar, concordantie)

timer
10:00

Slide 16 - Diapositive

La preparación para la clase
Martes:
leren vocabulaire teksten (alle gemaakte teksten, zie bijlage)
leren basisstrategie
Jueves:
Opzoeken en opschrijven
informatie over muziek, dans, eten en drinken (jouw feest) in het Nederlands
Leren
perfecto, imperfecto, hay/ser/estar
vocabulario bebida y comida (s-n en n-s)
Maken
Ejercicio 12 del reader

Slide 17 - Diapositive

1. Ben je tevreden over hoe je hebt gewerkt vandaag in de les? Waarom wel/niet?
2. Wat zou je daarbij kunnen helpen?

Slide 18 - Carte mentale