H5 betoog periode 2

Wat weet je van het betoog?
1 / 31
suivant
Slide 1: Carte mentale
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5,6

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Wat weet je van het betoog?

Slide 1 - Carte mentale

Welk tekstdoel heeft een betoog?

Slide 2 - Carte mentale

Waar gebruik je bronnen voor?

Slide 3 - Carte mentale

Opdracht
Denk na over de volgende vraag:

Wat is de oervorm/meest voor de hand liggende opbouw van een betoog? 

Slide 4 - Diapositive

Alinea 5
Inleiding
Alinea 3+4
Slot
De aandacht trekken van de lezer
Stelling geven.
conclusie
Een tegenargument met weerlegging geven
argumenten geven met uitleg

Slide 5 - Question de remorquage

Toetsweek:
'Schrijf een betoog over hetzelfde onderwerp waarover je ook hebt gepitcht en gedebatteerd'.
Je schrijft het betoog in 50 minuten, met pen. (NB* jouw docent kán vragen het betoog later nog een keer uit te typen, woordelijk gelijk aan het origineel_ 

Slide 6 - Diapositive

Het documentatiemapje
Tijdens de toets mag je het documentatiemapje erbij hebben.

 
Wat mag wel en wat mag niet en wat moet?
-Zorg dat je van de artikelen die je gebruikt de naam van de schrijver, de publicatiedatum en de
krant/tijdstip/webpagina weet. Dit heb je nodig om een goede bronvermelding te maken.
-Je mag de artikelen voorbewerken: arceren, strepen enz. Een kleine aantekening mag ook
-Maar je mag geen uitschreven teksten (ook geen samenvattingen) in het mapje stoppen. De
documentatiemapjes worden vóór de toetsweek ingeleverd en gecontroleerd.

Geen mapje ingeleverd? Geen probleem, maar dan moet je zonder doen.

Slide 7 - Diapositive

Verwijzen naar de bron:
Tip: neem in jouw documentatiemapje een wordbestand op met daarin (volgens APA, net als bij het PWS) de genummerde bronnen. Dan kun je in de tekst volstaan met het noemen van het nummer, aan het einde van de zin:

'(...) heeft ook al de nodige bezwaren genoemd. (3)'

Slide 8 - Diapositive

Verder: 
Rubric (volgt later op Som): inhoud, structuur, taalgebruik, 
               overtuigende toon, spelling enz.
Lengte: geen minimum/maximum aantal woorden, je krijgt 50 minuten de tijd, het meeste denkwerk zul je vooraf al hebben gedaan.

Slide 9 - Diapositive

Wat is de AUB-methode van schrijven?

Slide 10 - Question ouverte

A U B methode :

  • Argument / kernzin
  • Uitleg
  • Bijvoorbeeld

Slide 11 - Diapositive

Is de volgende alinea opgebouwd volgens de AUB-methode?

Slide 12 - Diapositive


  • Vuurwerk zou verboden moeten worden omdat dit veel slachtoffers scheelt tijdens de jaarwisseling.
  • Door het verkeerd afsteken van, en stunten met vuurwerk raken jaarlijks honderden mensen gewond.
  • Zo belandden er in 2019 tijdens oud en nieuw alleen in Utrecht al honderdvijftig jongeren op de eerste hulp, omdat op een groot feest een meganitraat was afgestoken.

Slide 13 - Diapositive

De opbouw van de argumentatie

Slide 14 - Diapositive

Het Spin-model (vóór)
S: Bekijk de stelling kritisch: waar gaat het precies over? wat               hoort wel en niet bij het onderwerp? Afbakenen!
P:  Wat is het probleem dat moet worden opgelost?
I:   Wat is de ingreep? Waarom is het een goede ingreep,                        waarom  gaat het werken (de argumenten vóór)
N: Wat zijn de grote voordelen en de kleine nadelen?

Slide 15 - Diapositive

Het spin-model tegen
S:    Zie vorige dia
P      Is het wel een probleem? is het wel een groot probleem?
I       Waarom gaat de voorgestelde ingreep niet werken?
N     Wat zijn de grote nadelen tegenover een paar kleine                           nadeeltjes?

Slide 16 - Diapositive

Welke vaste structuren kan een betoog hebben volgens Talent?

Slide 17 - Question ouverte

Nog een keer de standaard opbouw (bouwplan)
Inleiding:      stelling/standpunt, aandachttrekker, vooruitwijzing
Midden:        -argumenten voor de stelling (AUB)
                         -tegenargumenten met weerlegging
Slot:               herhaling van de stelling in andere bewoordingen,                               afrondende conclusie

Slide 18 - Diapositive

De stelling is:
Scholen zouden hun eindexamens in twee periodes moeten verdelen.

  • Bedenk twee argumenten voor deze stelling.
  • Bedenk een tegenargument.
  • bespreken
  • invullen in bouwplan

Slide 19 - Diapositive

Twee argumenten voor de stelling.

Slide 20 - Question ouverte

Een tegenargument.

Slide 21 - Question ouverte

Het bouwplan
Inleiding in steekwoorden
Kern: aantal alinea's? volgorde? in steekwoorden (AUB)
Slot: in steekwoorden

Slide 22 - Diapositive

De beoordelingsrubric

Slide 23 - Diapositive

Opdracht
Werk één alinea uit tot een volledige tekst en laat deze tekst beoordelen door een klasgenoot.

Slide 24 - Diapositive

Vuurwerk zou verboden moeten worden.
  • Vuurwerk zou verboden moeten worden omdat dit veel slachtoffers scheelt tijdens de jaarwisseling.
  • Door het verkeerd afsteken van, en stunten met vuurwerk raken jaarlijks honderden mensen gewond.
  • Zo belandden er in 2019 tijdens oud en nieuw alleen in Utrecht al honderdvijftig jongeren op de eerste hulp, omdat op een groot feest een meganitraat was afgestoken.

Slide 25 - Diapositive

Tot slot ...

Slide 26 - Diapositive

Wat moet je doen om een goede inleiding te schrijven?

Slide 27 - Question ouverte

Wat moet je doen om een voldoende voor het onderdeel formuleren te behalen?

Slide 28 - Question ouverte

Hoe scoor je 'excellent' op het onderdeel inleiding en middenstuk?

Slide 29 - Question ouverte

Hoe maak ik bronverwijzingen in mijn betoog? En waarom ook alweer?

Slide 30 - Question ouverte

Succes!

Slide 31 - Diapositive