Verpleegkunde casus mw. van Schouten (CVA)

1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

CVA is de afkorting van cerebro vasculair accident
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

CVA

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Casus mw van Schouten
Naam: mw van Schouten
Geboortedatum: 06-01-1948
Gezinssamenstelling: echtgenote(overleden in 2013) 2 kinderen
Woonsituatie: sinds 1 maand op verpleegafdeling
Voorgeschiedenis: TIA, atriumfibrilleren, decompensatio cordis, artrose, cataract OK links

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

FAST-test
Casus --> CVA --> FAST-test

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je gaat mevrouw beoordelen aan de hand van de ABCD-methode. Wat observeer je bij de A?

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

A = airway
  • Is de ademweg vrij? 
  • Stand trachea
  • Inspectie mond-keelholte
  • Bijgeluiden

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat observeer je bij de B? Welke gegevens heb je (zie casus)

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

B = breathing (ademhaling)
Casus
  • AH- frequentie = niet bekend
  • Observeer hoe hoe iemand ademhaalt (diepte, ademarbeid, adempatroon) = niet bekend
  • Cyanose = niet bekend
  • Saturatie = 99%

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat observeer je bij de C? Welke gegevens heb je?

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

C = circulatie
  • HF = 90/min (regulair/irregulair)
  • RR = 160/100
  •  Capillaire refill
  • Urineproductie (vochtbalans)
  • HB
  • Huid (warm, klam, koud, transpireren)

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik vind de bloeddruk van mevrouw van Schouten
A
Aan de hoge kant
B
Normaal
C
Aan de lage kant

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloeddruk mw. van Schouten
Hypertensie komt in de acute fase van het herseninfarct bij 75% van patiënten voor. Deze wordt niet acuut behandeld, omdat: 

  • De hoge bloeddruk daalt in de eerste dagen na het infarct meestal spontaan en stabiliseert na 4 tot 7 dagen. 
  • De verhoogde bloeddruk in de acute fase van het herseninfarct wordt wel gezien als een gunstig adaptief mechanisme dat tot doel heeft de cerebrale perfusie in het gebied rond het infarct te handhaven. Derhalve zou verlaging van de verhoogde bloeddruk tot een toename van de infarctgrootte kunnen leiden.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat observeer je bij de D? Welke gegevens heb je?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

D=disability (bewustzijn)
AVPU: reactie; alert, op aanspreken, op pijnprikkel, geen reactie
Onrust, Verwardheid, Pijn, 

Uitvalsverschijnselen  = dysfagie, uitvalsverschijnselen rechts

Glascow coma scale = 8  (ogen, motoriek, verbaal)

FAST = 
  • Face: tanden moeilijk laten zien, mondhoek blijft hangen
  • Arms: rechter arm blijft hangen
  • Speech: brabbelt wel, maar lijkt moeizaam te gaan
  • Tijd: wordt niet benoemd

Glucose = 6,7

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat observeer jij bij de E? Welke gegevens heb je?

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

E = exposure
Uiterlijke kenmerken = niet bekend
Huid (huidbeschadigingen) = niet bekend
Katheters = foley katheter
Drains/sondes = neus-maagsonde
Temperatuur = 37, 3
Apparatuur = aangesloten op monitor, infuus

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vervolg op casus
Na 7 dagen komt mw. weer terug op de afdeling. 

Je hebt een overdracht van het ziekenhuis gekregen.

Nu moeten jij en je collega's weer zorg gaan dragen voor mw. van Schouten.

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke verpleegkundige problemen verwacht je bij mw. van Schouten?

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem 3 risicofactoren voor het krijgen van een CVA

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer iemand een CVA doormaakt, zijn er een aantal fases te onderscheiden
A
De acute fase, de ziekenhuisfase, , de revalidatie fase, de chronische fase
B
De acute fase, de behandelfase revalidatiefase, de ontslagfase
C
De behandelfase, de revalidatiefase, de ontslagfase en de chronische fase
D
De behandelfase, de ziekenhuisfase, de revalidatiefase, de chronische fase

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een MRI-scan is een onderzoek waarbij het lichaam doormiddel van röntgen straling in ‘plakjes’ zichtbaar wordt gemaakt op een monitor.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij het acute gedeelte van deze casus zie je dat mw. antistollingsmiddelen toegediend krijgt in de vorm van fraxiparine
Waarom krijgt zij geen trombolyse?

Slide 35 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nadat een zorgvrager een CVA heeft doorgemaakt wordt er een ECG gemaakt. Wat is hier de reden voor? Dat onderzoek wordt uitgevoerd om:
A
Hartritmestoornissen of myocardinfarct te ontdekken.
B
Te diagnosticeren of er sprake is van een infarct of een bloeding.
C
Vast te stellen wat de stollingstijd is.

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom is het volgen van het slikprotocol een taak van de verpleegkundige en niet van de diëtiste of logopedie?

Slide 38 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Een CVA patiënt begrijpt de woorden die gesproken worden. Hij kan echter zelf de juiste woorden niet zeggen. Hoe heet deze vorm van afasie?
Afasie van:

A
Broca
B
Globale
C
Wernicke
D
Amnestische

Slide 39 - Quiz

https://www.hersenletsel.nl/alles-over-nah/gevolgen-van-nah/gevolgen-voor-de-communicatie/afasie/afasie-soorten/

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij een zorgvrager met dementie die op de pg afdeling een CVA heeft doorgemaakt, werd in het ziekenhuis de diagnose hersenbloeding gesteld. Na behandeling komt zij terug op de afdeling met toevoeging aan medicatie: Fraxiparine. Wat is de reden hiervan?
A
Ter voorkoming van een diep veneuze trombose.
B
Ter voorkoming van een nieuwe hersenbloeding.
C
Ter voorkoming van uitbreiding van de halfzijdige verlamming.

Slide 42 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions