1.7 Grammatica herhaling


herhaling 1.7
Grammatica
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon


herhaling 1.7
Grammatica

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom leren we zinsontleding?

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zinsdelen
Een woord of een groep woorden die bij elkaar horen.

Alle zinsdelen samen zijn nodig om de zin kloppend te maken.



Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld
zinsdeel


zi n

Slide 4 - Diapositive

Waarom zinsontleding -> vergl. met taart: ingrediënten zijn zinsdelen, taart is hele zin. Ingrediënten en kennis erover zijn nodig voor goed eindproduct
zinsdeel


zin 

Slide 5 - Diapositive

Proces van zinsontleden zelf: van taart (zin) terugredeneren naar ingrediënten (zinsdelen)
Hoeveel zinsdelen? 
Zij heeft een lekkere taart gebakken. 

Doe de zinsdeelproef: 
zet een zinsdeel voor de persoonsvorm. 
Klopt de zin nog? Dan is het een zinsdeel!

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Persoonsvorm
Dit is een werkwoord enverandert  als de tijd van de zin verandert. Er is maar één persoonsvorm per zin.

Hij heeft een lekkere taart gebakken

Zet de zin in een andere tijd. De persoonsvorm verandert mee.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werkwoordelijk gezegde
Dit zijn alle werkwoorden in de zin.

Persoonsvorm + alle andere werkwoorden


Wij hebben een lekkere taart gegeten. 


Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderwerp
Diegene die de persoonsvorm uitvoert of ervaart.

Wie of wat + werkwoordelijk gezegde?  
Het antwoord  op de vraag is het onderwerp.


Mij oma kan de lekkerste taarten bakken. 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lijdend voorwerp
Speelt een bijrol in de zin.
Komt niet in elke zin voor.

Wie of wat + werkwoordelijk gezegde + onderwerp? Het antwoord op de vraag is het lijdend voorwerp.

Mij opa heeft het laatste stukje taart opgegeten. 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stappenplan zinsontleding

  1. zoek de persoonsvorm
  2.  zet strepen tussen zinsdelen
  3. zoek het werkwoordelijk gezegde
  4. zoek het onderwerp
  5. zoek het lijdend voorwerp

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

vragen?
herhaling 1.7
Grammatica

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions