Ontdek het Franse aanwijzend voornaamwoord

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1,2

Ontdek het Franse aanwijzend voornaamwoord

15-1-2024

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je het Franse aanwijzend voornaamwoord gebruiken en begrijpen

Wat weet je al over het Franse aanwijzend voornaamwoord?

Wat zijn aanwijzende voornaamwoorden?

Aanwijzende voornaamwoorden wijzen iets of iemand aan, zoals 'deze', 'die' en 'dat' in het Nederlands.

Soorten aanwijzende voornaamwoorden in het Frans

In het Frans heb je 'ce', 'cette', 'ces' en 'cet' afhankelijk van het  van het zelfstandig naamwoord.

Wat bedoelen we met afhankelijk van het zelfstandig naamwoord? 

Gebruik van aanwijzende voornaamwoorden

Aanwijzende voornaamwoorden worden gebruikt om naar specifieke objecten of mensen te verwijzen, zoals 'ce livre' (dit boek) en 'cette chaise' (deze stoel).

Uitzonderingen en speciale gevallen

Bij bepaalde zelfstandige naamwoorden wordt 'ce' veranderd in 'cet' vanwege de uitspraak, bijvoorbeeld 'cet hôtel' (dit hotel).

Oefening: Vul in met het juiste aanwijzend voornaamwoord

1. J'aime ___ voiture. 2. Regarde ___ photo. 3. Prends ___ livre.

Toepassing: Beschrijf objecten in de klas

Laat de studenten voorwerpen in de klas beschrijven met behulp van aanwijzende voornaamwoorden. Bijvoorbeeld, 'Cette fenêtre est grande' (Dit raam is groot).

Samenvatting

Aanwijzende voornaamwoorden zijn essentieel om specifieke objecten of mensen aan te wijzen in het Frans. Blijf oefenen om ze vloeiend te gebruiken!

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.