5H Module Plant: 13.3 Gaswisseling + Herh. 4H: 5.3/5.4

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
5H Module Planten: 
Transport en Afweer
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
5H Module Planten: 
Transport en Afweer

Slide 1 - Diapositive

Deze les:
- Herh. 4H: 5.3 Plantaardige voeding
- Herh. 4H: 5.4 Fotosynthese

- 13.3 blz. 182 + 183 Gaswisseling Planten 
- Nakijken HW + maken opdr. 13.3

- mini D-toets Module Planten

Slide 2 - Diapositive

Celwanden

Primaire celwand - Cellulose
Middenlamel - Pectine (= plakkerig)
Soms secundaire celwand - Lignine (houtstof = houtachtige plant)

--> Koolhydraten, vormen de voedingsvezels in plantaardig voedsel. 

Deze heb je nodig voor?

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Fotosynthese

Slide 7 - Diapositive

Welke formule voor fotosynthese klopt?
A
6 O2+ 6 H2O-> lichtenergie + glucose + 6 CO2
B
6 CO2 + 6 H2O -> lichtenergie + glucose + 6 O2
C
6 CO2 + 6 H2O + lichtenergie -> glucose + 6 O2
D
6 O2+ 6 H2O + lichtenergie -> glucose + 6 CO2

Slide 8 - Quiz

Noem drie voedingsvezels die een plant uit glucose kan maken

Slide 9 - Question ouverte

Hoe wordt een overschot aan glucose vaak opgeslagen bij planten?
A
als eiwitten in wortels
B
als zetmeel in wortels
C
als eiwitten en vetten in stengels
D
als zetmeel in zowel wortels als zaden

Slide 10 - Quiz

Welke vaten vervoeren water met glucose van de bladeren naar de wortel?
A
Alleen de houtvaten.
B
Alleen de bastvaten.

Slide 11 - Quiz

Hoe krijgt een blad water voor fotosynthese?
A
via de huidmondjes
B
via houtvaten
C
via de bastvaten

Slide 12 - Quiz

Hoe krijgt het blad koolstofdioxide voor de fotosynthese?

Slide 13 - Question ouverte

Wat zijn beperkende factoren
voor fotosynthese?

Slide 14 - Carte mentale

Herhalen 7.5 : Autotroof/ Heterotroof
Organismen die zelf glucose kunnen maken uit CO2 en H2O noemen we autotroof (= zelf voedend)

Algemener: Autotroof organisme kan uit anorganische stoffen organische stoffen maken.

Dieren kunnen dat niet. Die moeten hun glucose binnenkrijgen via voedsel. Zij zijn heterotroof (= ander voedend).

Slide 15 - Diapositive

Definities
Organische stoffen zijn grotere koolstofketens die door organismen gemaakt worden, zoals glucose en zetmeel.

Anorganische stoffen zijn kleine moleculen zonder groot koolstofskelet. Komen ook buiten organismen voor. Bijv. CO2, H2O


Slide 16 - Diapositive

Organisch of anorganisch?
Anorganisch

Organisch
Eiwit
Zetmeel
NaCl
Glucose
DNA
Koolstof dioxide

Slide 17 - Question de remorquage

Slide 18 - Diapositive

NP = BP - D

Slide 19 - Diapositive

Wat is de Bruto- en wat is 
de Nettoproductie om 10 uur?

Slide 20 - Diapositive

Compensatiepunt
Dissimilatie
Fotosynthese
Licht is niet de beperkende factor

Slide 21 - Question de remorquage

De nettoproductie houdt in: alle glucose die...
A
...een plant produceert
B
...een plant produceert en zelf gebruikt voor dissimilatie
C
...een plant over houdt na dissimilatie en gebruikt voor groei
D
...een plant produceert zonder de glucose die hij opneemt

Slide 22 - Quiz

Drooggewicht = als je een organisme helemaal droogt.
Waarvoor gebruik je dit?
A
Om te kijken of een organisme aan fotosynthese gedaan heeft
B
Om te kijken of het organisme veel water bevat
C
Om te kijken of het organisme groter geworden is
D
Om te kijken of de biomassa van het organisme toegenomen is

Slide 23 - Quiz

Hoe groot is de O2 productie door fotosynthese bij verlichtingssterkte R ?

A
0,25
B
0,50
C
0,75

Slide 24 - Quiz

13.3 Uitscheiding/ Gaswisseling Plant
Je leer hoe planten hun waterbalans regelen.

Begrippen: Waterverlies, Gaswisseling, Huidmondjes, Water

Slide 25 - Diapositive

Huidmondjes
Planten ademen via hun huidmondjes

Overdag verbruikt de plant veel CO2 voor fotosynthese, dus is de concentratie CO2 in de plant laag --> CO2 komt door de huidmondjes het blad in

Overdag produceert de plant veel zuurstof uit fotosynthese, dus de concentratie O2 in de plant is hoog --> O2 gaat door de huidmondjes het blad uit.

Slide 26 - Diapositive

Planten
‘s Nachts maakt de plant geen zuurstof. (Waarom niet?)

De plant verbruikt ‘s nachts wel zuurstof. (Waarvoor?)

Slide 27 - Diapositive

Planten
Planten hebben naast CO2 ook water nodig voor fotosynthese.

Bij opname CO2 via huidmondjes ook vindt ook verdamping van water plaats.
Dit kan een probleem zijn!

Slide 28 - Diapositive

Een cel met veel water in de vacuole (turgor) zet uit. 
Een cel met weinig water in de vacuole (plasmolyse) krimpt. 

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Vidéo

Planten
Aanpassingen aan droogte:
 - minder huidmondjes
- tijdelijk huidmondjes sluiten 
- waslaag over bladeren
- alleen in 's nachts huidmondjes openen.

Slide 31 - Diapositive

Wat is het verband tussen het sluiten van de huidmondjes en verminderde groei bij een plant?

Slide 32 - Question ouverte

Opdrachten
- Nakijken HW 12.1
- Maken 13.3 opdr. 1 t/m 5
timer
20:00

Slide 33 - Diapositive

SE Biologie
Nectar 2.1 + 2.5 Cel, H11 Transport, H12 Gezondheid, H5 Voeding en Energie, 3.1 Ziekteverwekkers + 3.3
Celmembraan, Osmose, Diffusie en 13.3 Uitscheiding plant
(blz. 182 + 183)

Slide 34 - Diapositive