Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 90 min
Éléments de cette leçon
De aasgier
Leg klaar:
- Mapje close reading
- Markeerstiften
- Kleurpotloden
Slide 1 - Diapositive
Sessie 1
Doelen:
- Ik kan vertellen waar de tekst over gaat
- Ik kan het verhaal met behulp van steekwoorden op een tijdlijn plaatsen
Slide 2 - Diapositive
Waar gaat de
tekst over denk je?
Bespreek het met je schoudermaatje
Slide 3 - Diapositive
Tekst lezen
Maak aantekeningen tijdens het lezen.
Streep moeilijke woorden aan en zet een vraagteken bij dingen waar je een vraag over hebt.
Slide 4 - Diapositive
Tekst lezen
Bespreek de moeilijke woorden in je groepje. Misschien weet iemand anders wat het moeilijke woord betekent? De tafelbaas zorgt dat iedereen aan de beurt komt.
Vertel aan de juf welke woorden jullie allemaal niet weten.
Slide 5 - Diapositive
Samenvatten
Schrijf met je maatje de belangrijkste dingen uit de strofe die jullie nogmaals lezen op een post-it.
Hang de post-its op volgorde op het raam.
Slide 6 - Diapositive
Sessie 2
- Ik kan vertellen welke dieren er in de tekst voorkomen, waarom zij een nieuw nest willen en welke nesten zij krijgen aangeboden.
- Ik kan vertellen wat er wordt bedoeld met de woorden makelaar en luchtkastelen.
Slide 7 - Diapositive
Wat voor tekstsoort is dit?
Slide 8 - Diapositive
Wat is de reden dat de emoe een nieuw nest wil?
Welk nest krijgt hij aangeboden?
Slide 9 - Diapositive
Lees de tekst met je maatje en kleur alle dieren die je tegenkomt. LET OP: geef elk dier een andere kleur.
Slide 10 - Diapositive
Vul het werkblad in. Kleur het bewijs in de tekst met de kleur van het dier.
Klaar? Bespreek met een ander tweetal en vul je werkblad aan.
Slide 11 - Diapositive
Tekstgerichte vragen
Wat is een luchtkasteel? Zoek eerst het bewijs op in de tekst.
Waarom is het nest van de pauw een luchtkasteel? Denk eerst na over je eigen antwoord, bespreek dan met je maatje.
Slide 12 - Diapositive
Sessie 3
Ik kan vertellen wat de schrijfster ons wil vertellen met dit gedicht.
Slide 13 - Diapositive
Waar denk jij aan bij een pauw? En bij een aasgier? Om de beurt geef je een antwoord.
aasgier
pauw
Slide 14 - Diapositive
Over wie gaat het stukje tekst? 'Hij koopt huizen voor weinig geld en verkoopt deze huizen dan weer.'
Slide 15 - Diapositive
Kleur in de tekst alle woorden die op elkaar rijmen in een andere kleur.
Slide 16 - Diapositive
Wat betekent het spreekwoord 'Hoogmoed komt voor de val'? Zoek het op.
Slide 17 - Diapositive
Samen met je maatje schrijf je ook een gedicht over een dier.
* Je gedicht moet ten minste 3 strofen hebben.
* Je gedicht gebruikt één van de rijmschema's uit de tekst.