6.5 [2D]

1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Welkom!

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
Opstarten
05 min
Planning tot aan toets
05 min
Uitleg Vermogen (par. 6.5)
10 min
Oefenen
10 min
Uitleg Energie en Kosten
10 min
Oefenen
10 min
Opdrachten bespreken
10 min
LessonUp
10 min
Lesafsluiting
05 min

Slide 3 - Diapositive

Planning tot aan toets:
Dag:
Datum:

Onderwerp:
Maandag
22 april
Paragraaf 6.4
Donderdag
25 april
Paragraaf 6.5
Za - Zo
30 apr - 13 mei
VAKANTIE
Maandag
13 mei
Herhalingsles H6
Donderdag
16 mei
SO + PRACTICUM H6

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

6.5 Energie

Slide 6 - Diapositive

Lesdoelen:
- uitleggen wat het vermogen van een apparaat te maken heeft met energiegebruik;
- rekenen met energie = vermogen × tijd;
- berekenen hoeveel je moet betalen als je het energiegebruik kent.

Slide 7 - Diapositive

James Watt
De hoeveelheid energie die een apparaat per seconde gebruikt, noem je het vermogen van dat apparaat. De eenheid van vermogen is Watt (W).

Slide 8 - Diapositive

Vermogen
..





Slide 9 - Diapositive

KiloWatt (kW)
Een apparaat zoals een stofzuiger gebruikt in één seconde veel energie. Dan is het handiger om kilowatt (kW) te gebruiken in plaats van watt (W). Eén kilowatt is gelijk aan 1000 watt.

Deze stofzuiger is dus 600/1000= 0,6 kW. De mixer is 100/1000=0,1kW

Slide 10 - Diapositive

Voorbeeld:
Deze tv staat 1,5 uur aan. Hoeveel energie is er verbruikt?


timer
7:00

Slide 11 - Diapositive

Voorbeeld:
Deze tv staat 1,5 uur aan. Hoeveel energie is er verbruikt?

Gegevens: P = 63W = 0,063kW, t=1,5h. 
Gevraagd: E = ?
Formule: E=Pxt
Oplossing: E = 0,063 x 1,5 = 0,095kWh
Antwoord: E = 0,095kWh

Slide 12 - Diapositive

Aan de slag
  • Wat? Maak 6.5 opdracht 77 t/m 82 + 84 t/m 92
  • Hoe? Binnen je groep
  • Tijd? 15 minuten
  • Klaar? Maak ook de ster-opdrachten
  • Ook daarmee klaar? Maak de rest van 6.5 af
timer
15:00

Slide 13 - Diapositive

Energiekosten berekenen
energiekosten = energiegebruik x prijs van 1 kWh

Slide 14 - Diapositive

Denk aan een frikandelbroodje kopen
Prijs = Aantal broodjes x prijs van 1 broodje
x
=
€1,9

Slide 15 - Diapositive

Deze wasmachine draait in 2 uur een was. Wat zijn de energiekosten van deze was?
timer
7:00

Slide 16 - Diapositive

Deze wasmachine draait in 2 uur een was. Wat zijn de energiekosten van deze was?
Gegeven: t = 2h, 1kWh = €0,25, P = 2300 W= 2,3 kW
Gevraagd: Energiekostenkosten = ?
Formule:  E=Pxt
                   energiekosten = energie × prijs 1 kWh
Oplossing:   E = 2,3 x 2= 4,6 kWh
                        energiekosten= 4,6 x 0,25= 1,15
Antwoord:     De energiekosten zijn €1,15. 

Slide 17 - Diapositive

Huiswerk:
  • Wat? Maak 6.5 helemaal behalve de steropdrachten
  • Hoe? Binnen je groep
  • Tijd? 15 minuten
  • Klaar? Maak ook de ster-opdrachten
  • Ook daarmee klaar? Ga leren voor de toets
timer
15:00

Slide 18 - Diapositive

Wat is het vermogen?
A
230 Volt
B
0,3 Ampere
C
9 Volt
D
6 Watt

Slide 19 - Quiz

Het vermogen van een wasmachine is ... dan het vermogen van een telefoon.
A
Kleiner
B
Ongeveer hetzelfde
C
Groter
D
Kan je niet weten

Slide 20 - Quiz

Het symbool van vermogen is ........
en de eenheid van vermogen is .........

A
P en W
B
U en V
C
I en A
D
P en mA

Slide 21 - Quiz

De magnetron staat 1 uur en 45 minuten aan. De magnetron heeft een vermogen van 800W. 1 kWh kost 23 eurocent. Bereken de elektriciteitskosten van de magnetron. Gebruik de vijf stappen.

Slide 22 - Question ouverte

Je zit op je kamer 3 uur huiswerk te maken.
Je hebt 3 lampen van elk 60 watt, Een computer van 400 watt, een stereo installatie van 200 watt en een elektrische kachel van 1000 watt aanstaan.
Één kWh kost 0,15 euro.
Wat kost 3 uur huiswerk maken aan elektrische energie.

A
1,78 euro
B
5,34 euro
C
0,80 euro
D
0.75 euro

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Vidéo