Klas 1 vervolg Thema 5 BS 5/7 Gedrag

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Welk zintuig van de huid ligt het diepst in de huid?

1. Pijnpunten
2. Drukzintuigen
3. Koudezintuigen
4. Tastzintuigen

Je huid heeft een hoornlaag.

Wat is de functie van die hoornlaag?

1. De hoornlaag beschermt tegen uitdroging en beschadiging.
2. De hoornlaag maakt nieuwe cellen.
3. De hoornlaag maakt zweet.

Tastzintuigen

1. Liggen diep in je huid
2. Liggen in de lederhuid
3. Liggen in de opperhuid
4. Liggen in de hoornlaag

Met je tong kun je?

1. zien
2. proeven
3. ruiken
4. horen

een prikkel voor je oren is

1. geur
2. geluidstrillingen
3. smaak
4. licht

Het hoornvlies in je ogen is:

1. gekleurd
2. doorzichtig
3. een gat
4. wit

Het netvlies in je oog bevat:

1. zenuwen
2. zintuigcellen
3. bloedvaten
4. alle drie

Het vaatvlies in je oog zorgt voor :

1. traanvocht
2. stevigheid
3. zuurstof voor je oog
4. voeding voor je oog

BS 5 Gedrag

Th 6.5/7 Gedrag

Doelstellingen:

Je moet kunnen beschrijven wat gedrag is en waardoor

gedrag wordt veroorzaakt. Ook moet je kunnen

benoemen waardoor gedrag wordt bepaald.

Je moet enkele effecten van alcohol kunnen noemen
 

Gedrag

• Alles wat mensen en dieren doen is gedrag.
  Bijv. lachen, slapen, eten, dansen, schreeuwen, gewoon stilstaan, enz.

• Gedrag bestaat uit handelingen. Handelingen hebben samen een doel.

Gedrag is in essentie alles wat dieren en mensen doen. Of het nu dansen is, schreeuwen, eten of slapen. Dit is allemaal gedrag.

En gedrag bestaat uit verschillende handelingen. Denk aan eten, je moet het vinden, voorbereiden op eten en afruimen als je klaar bent.

Gedragsketen

• mensen en dieren hebben altijd een stappenplan voor hun gedrag. 
• zo'n stappenplan noem je een gedragsketen. een voorbeeld: jachtgedrag lynx

Reageren

Zintuigen reageren op prikkels door impulsen naar de hersenen te sturen.

Bij het reageren sturen de hersenen een impuls naar de spieren. 

Een reactie op een prikkel heet een respons.

Inwendige prikkel

Uitwendige prikkel

Motivatie

• Motivatie:  is de bereidheid om bepaald gedrag te verrichten

Gedrag is combinatie van aangeboren en aangeleerd gedrag

Maar ook praten, met lepel eten,

lopen en fietsen is aangeleerd.

HUISWERK

L en m bs 6.6

Sociaal gedrag

Sociaal gedrag is gedrag van soortgenoten naar elkaar. 
Mensen en dieren hebben sociaal gedrag.

Een prikkel of handeling bij sociaal gedrag heet een signaal.

Normen en waarden

Mensen denken na over hun gedrag en beoordelen dat van zichzelf en anderen.

Afwijkend gedrag wordt afgekeurd. 

Een waarde is wat wij belangrijk vinden (vb. eerlijkheid) en de bijbehorende normen zijn de gedragsregels (vb. niet liegen).

Observatie en interpretatie

Hand opsteken (gedrag) is observatie.

Interpretatie (wat jij denkt wat dat 

gedrag betekent) hangt af van situatie, 

gezichtsuitdrukking en lichaamshouding.

Aan het werk: thema 5

Kader: lezen BS 5 en maken opdrachten:1, 2, 3, 5, 7

Basis: lezen BS 5 en maken opdrachten: 1, 2, 3, 4, 6, 7