Nieuw-Nederlands - Cursus 7 - Paragraaf 6

Goedemorgen
Pak je spullen erbij 
We starten vandaag met stillezen.

Wel alvast inloggen op LessonUp 
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Goedemorgen
Pak je spullen erbij 
We starten vandaag met stillezen.

Wel alvast inloggen op LessonUp 

Slide 1 - Diapositive

Leenwoorden

Slide 2 - Diapositive

Leenwoorden

Slide 3 - Diapositive

Wat is het meest uitgeleende Nederlandse woord en komt terug in 57 andere talen?
A
Boot
B
Baas
C
Aardappel
D
Tulp

Slide 4 - Quiz

Uit welke taal hebben wij het woord 'Humor' geleend?
A
Duits
B
Pools
C
Frans
D
Engels

Slide 5 - Quiz

Uit welke taal hebben wij het woord 'Robot' geleend?
A
Tsjechisch
B
Duits
C
Amerikaans
D
Russisch

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Vidéo

Engelse leenwoorden

Bijvoorbeeld:
• Online
 Poncho
• Penalty
• 
Stand-by
• Lay-out

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Engelse werkwoorden
Sommige woorden en werkwoorden die wij gebruiken, komen uit een andere taal. Je noemt ze leenwoorden. Engelse werkwoorden vervoeg je op dezelfde manier als Nederlandse werkwoorden.

Let op:

- We 'vernederlandsen' de Engelse werkwoorden, behalve als je daardoor een verkeerde uitspraak krijgt.

Slide 10 - Diapositive

Hoe zit dat?
Bij het werkwoord saven eindigt de stam op een -e
-> save (spreek uit: seef)
De v van save zit niet in het 'T KoFSCHiP X  
Daarom krijg je in de verleden tijd -de of - den

Ik save                           Ik savede                    Ik heb gesaved
Hij savet                       Wij saveden

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Franse leenwoorden

In het Nederlands hebben we aan aantal Franse woorden die eindigen met een accent (streepje) op de letter - e. In het meervoud mag je de letter -s dan gewoon aan het woord vastplakken.

Voorbeeld:

logé - logés

Slide 13 - Diapositive

Franse leenwoorden
Als een woord al heel gebruikelijk is in het Nederlands, dan krijgt het woord geen accenttekens op de -o en de -u.
Op de -e krijgen we een accentteken als dit nodig is voor de uitspraak.

Slide 14 - Diapositive

Nederlandse leenwoorden




Meer dan 18.000 Nederlandse woorden zijn uitgeleend aan 138 andere talen. Die Nederlandse woorden hebben geleid tot bijna 50.000 nieuwe woorden in vreemde talen.
Over leenwoorden in U.S.A. klik  👉 


                                            👈 Grappig filmpje over Engelse woorden.

Slide 15 - Diapositive

Hij.....(deleten, vt) alles
A
deleete
B
deletetet
C
deleetet
D
deletete

Slide 16 - Quiz

Ik hoorde dat jullie heel goed.......... (bridgen, vt)
A
bridgeden
B
bridgeten
C
bridgden
D
bridgten

Slide 17 - Quiz

Het ............(downloaden, vd) bestand bevat een virus.
A
gedownloade
B
gedownloadde
C
gedownloate
D
gedownloatte

Slide 18 - Quiz

De snelste tijd werd al snel.......... (timen, vd).
A
getimet
B
getimd
C
getimed
D
getimt

Slide 19 - Quiz

Zij ......... (breakdancen, tt) al heel erg goed.
A
breakdanct
B
breakdancet
C
breakdancdt
D
breakdanced

Slide 20 - Quiz

Hij ...... (passen, vd) erg goed, waardoor er gescoord kon worden.
A
paste
B
passte
C
pasete
D
passete

Slide 21 - Quiz

Huiswerk


Bladzijde 238 + 239
Opdracht 1 t/m 7

Slide 22 - Diapositive