Vertrouwenspersoon collega's 10 sept 2024

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 1-4

Vertrouwens-

persoon

- Voorlichting 

- casussen

Wie niet weet hoe hij/zij het alleen moet oplossen.

Bij twijfel...KOM!

Wie zijn de vertrouwenspersoon(en) op
Groevenbeek Putten?

Annemarie de Raad

[e-mail]

Mail/bellen/aanspreken

Na herstel:

Gerben de Groot

[e-mail]

Extern VP: Collega's Ermelo 

of 

Hannie Kraan

[e-mail]

Bij twijfel...KOM!

Wat doet een vertrouwenspersoon?

Basistaken

- Opvang, ondersteuning en verwijzing van de klager bij het schoolintern oplossen van een probleem / conflict omtrent ongewenst gedrag. 
- Begeleiding van de klager bij de klachtenprocedure. 
- Een actieve bijdrage leveren aan een veilig schoolklimaat door voorlichting te geven.
- Gesprekspartner en beleidsadviseur van de directie op het gebied van sociale veiligheid. Gevraagd en ongevraagd advies geven.
Concreet: klas 1 introductieles met antipestcoördinator, jaarverslag, begeleiding individuen.. enz..

Wat is ongewenst gedrag?

Ongewenste omgangsvormen

- pesten
- seksuele intimidatie/ ongewenste intimiteiten
- agressie en geweld
- discriminatie
- machtsmisbruik

Waarom?

School heeft een klachtenregeling. Deze stelt een vertrouwenspersoon (wettelijk) verplicht. Klager is zelf aanwezig!

Een vertrouwenspersoon is er voor:

 - leerlingen  

- ouders 

- medewerkers

die meldingen of klachten hebben over ongewenst gedrag zoals eerder genoemd.

Wat gebeurt er dan? 

- Je gaat in gesprek met de vertrouwenspersoon. 
- Je vertelt dingen in vertrouwen. De vertrouwenspersoon zal het niet zomaar doorvertellen tegen anderen zonder dat jij dat weet. Hij komt er ook niet meer op terug.
- De vertrouwenspersoon kent geen geheimhouding, hij/zij gaat zeer vertrouwelijk met de informatie om. Want: in enkele gevallen ook verplicht zaken te melden.
- De vertrouwenspersoon zoekt mee naar een oplossing. 

Als docent ben ik bekend met de meldcode en meldplicht in het onderwijs.

1. Ja, beide wetten ken ik en hanteer ik
2. De meldcode ken ik wel de meldplicht niet
3. De meldplicht ken ik wel, de meldcode niet
4. Beide wetten zijn voor mij helaas onbekend.

Meldplicht

De medewerker meldt een (vermoeden van) een zedenmisdrijf tussen een medewerker en een (minderjarige) leerling bij het bevoegd gezag. 

Meldcode

De medewerker verwijst bij vermoeden van kindermishandeling of huiselijk geweld in de thuissituatie naar de 'aandachtsfunctionaris' conform het stappenplan van de meldcode. 

Casussen....

Casus 1

Aan het einde van de dag blijven drie leerlingen hangen. Ze
willen iets aan je vertellen, want ze vertrouwen jou. Een andere docent geeft ze een onprettig gevoel. Zij zou tegen de leerlingen aan staan bij individuele uitleg, een hand op schouders leggen en plotseling vastpakken in de gang.

Hoort casus 1 bij de vertrouwenspersoon?

1. Ja, want...
2. Nee, want....

Casus 2

Een mentor stuurt een verzoekje om eens in gesprek te gaan
met een leerling. Deze leerling is niet geconcentreerd, afwezig en kan plotseling agressief reageren. De leerling vertelt uiteindelijk zijn verhaal. Een kennis van zijn ouders heeft hem misbruikt. De leerling durft het niet tegen zijn ouders te vertellen en is bang dat zijn zusje ook zal worden misbruikt.

Meldcode: Aandachtsfunctionaris, dus Lisanne/Annemieke

Hoort casus 2 bij de vertrouwenspersoon?

1. Ja, want....
2. Nee, want....

Casus 3

Een collega komt met een klacht. Zij heeft twee andere collega’s zien zoenen op het schoolfeest in het bijzijn van leerlingen en collega’s. Er wordt veel over gepraat door de leerlingen. De collega vindt het echt niet kunnen en onprofessioneel.

Hoort casus 3 bij de vertrouwenspersoon?

1. Ja, want...
2. Nee, want...

teamleider/bevoegd gezag

Casus 4

In het zwembad wordt door een collega gestoeid met
leerlingen. Eén leerling vertelt erover bij de vertrouwenspersoon. De bewuste medewerker zou de meisjes optillen, gooien, achterna rennen en kietelen. Hij klemde mensen tegen zich aan en kietelde hun hele lijf, daarbij ook borst, kruis en billen aanrakend. De leerling heeft gezegd dat de man moest stoppen.

Hoort casus 4 bij de vertrouwenspersoon?

1. Ja, want...
2. Nee, want...

Ik heb het gevoel bij te kunnen dragen aan de sociale veiligheid op school

0100

Noem 3 steekwoorden die bij je zijn blijven hangen over wat er vandaag verteld is.

Wie niet weet hoe hij/zij het alleen moet oplossen.

Bij twijfel...KOM!