Taalverzorging - trappen van vergelijking - kader & mavo klas 2

Trappen van vergelijking

H5. Taalverzorging - Formuleren
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Trappen van vergelijking

H5. Taalverzorging - Formuleren

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je leert de trappen van vergelijking te gebruiken.
  • Je leert wanneer je als en dan gebruikt. 

Slide 2 - Diapositive

Wat weet je er al van? Geef een voorbeeld van
de trappen van vergelijking.

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

stellende 
   trap
vergrotende 
trap
overtreffende 
trap
aardig
lekker
aardigst
saaier
lekkerder
liever
lekkerst
graag
meest 
fantastisch
liefst
saai
engst
vreemder
vreemd

Slide 7 - Question de remorquage

Slide 8 - Diapositive

Schrijf de trappen van
vergelijking op van: leuk

Slide 9 - Question ouverte

Schrijf de trappen van
vergelijking op van: vast.


Slide 10 - Question ouverte

5

Slide 11 - Vidéo

00:43
Wat zeg je als twee dingen gelijk zijn?
A
dan
B
als

Slide 12 - Quiz

00:53
Wat zeg je als twee dingen verschillend zijn?
A
dan
B
als

Slide 13 - Quiz

02:14
Wanneer twee dingen gelijk zijn gebruik je het woordje
A
dan
B
als

Slide 14 - Quiz

02:14
Wanneer je twee dingen met elkaar vergelijkt en ze zijn verschillend, gebruik je
A
dan
B
als

Slide 15 - Quiz

02:14
Wanneer het woordje 'zo' in de zin staat, gebruik je
A
dan
B
als

Slide 16 - Quiz

Wat moet je invullen?

Ik ben twee keer sneller 1) ________ zij.
Ik ben twee keer zo snel 2) _________ zij.
A
1) dan 2) dan
B
1) dan 2) als
C
1) als 2) dan
D
1) als 2) als

Slide 17 - Quiz

Madrid is niet zo ver ..... Lissabon, denk ik.
A
als
B
dan

Slide 18 - Quiz

Eerlijk gezegd vind ik zoete drop lekkerder ..... zoute.
A
als
B
dan

Slide 19 - Quiz

Shirley beweert dat Apeldoorn niet half zo groot is ..... Amsterdam.
A
als
B
dan

Slide 20 - Quiz

Kleine auto's rijden een stuk zuiniger ...... grote terreinwagens.
A
als
B
dan

Slide 21 - Quiz

Die cake smaakt morgen net zo goed ..... vandaag.
A
als
B
dan

Slide 22 - Quiz

Robbert kan veel harder lopen ...... ik.
A
als
B
dan

Slide 23 - Quiz

Veel leerlingen werken liever alleen ...... in een groepje.
A
als
B
dan

Slide 24 - Quiz

In de eerste ronde was Eric bijna net zo snel ..... Peter.
A
als
B
dan

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive