2.7 Grammatica les 1

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Nederlands

Grammatica 2.7

Week 3, les 1

Programma

• Lezen (10 min)
• Woorden
• 2.7 Grammatica
• Evaluatie/vragen

1. 

Eerste woord = betekenis

Een zin met woord 1 erin, meestal wat langer dan dit.

2.

Eerste woord = betekenis

Een zin met woord 1 erin, meestal wat langer dan dit.

3) Echter	4) Evenals
maar	net zoals
Hij wilde graag, echter voelde hij zich te ziek om mee te gaan.	Ze is evenals haar moeder een bekend zangeres.

Woorden voor vandaag

Doelstelling

Na deze les:

• Weet je dat je woordsoorten kunt benoemen.
• Kun je zelfstandige naamwoorden herkennen.
• Ken je de drie lidwoorden.

Woordsoorten

• Je kunt de opbouw van een tekst bekijken 
• (inleiding-kern-slot)
• 
  
• een zin verdelen in zinsdelen
• (persoonsvorm-onderwerp)
• 
  
• de losse woorden van een zin benoemen. 

Huiswerk voor vandaag

• Welke drie woordsoorten gaan we in deze paragraaf bespreken?

Vraag

• Noem iets uit de natuur dat begint met een t.
• Wat vind je een mooie meisjesnaam? En een mooie jongensnaam?
• Wat heb je als laatst van je zak- of spaargeld gekocht?
• Wat is je favoriete merk?
• Wat vind je belangrijk in het leven?
• Als je een dier zou zijn, welk dier zou dat dan zijn?

Zelfstandige naamwoorden

1. mensen
2. dieren
3. planten
4. dingen
5. begrippen
6. eigennamen

Zelfstandige naamwoorden

1. mensen	moeder
2. dieren	luipaard
3. planten	gras
4. dingen	bureau
5. begrippen	medelijden
6. eigennamen	Rotterdam/Efteling/Lidl etc.

Vraag

• Kun je in je eigen woorden zeggen wat een zelfstandig naamwoord is?

Lidwoorden

• de jongen
• het plan
• een fiets

Het meisje gaf de prachtige ketting aan een goede vriendin.

Lidwoorden

• de jongen
• het plan
• een fiets

Het meisje gaf de prachtige ketting aan een goede vriendin.

DOEL: Herken het zelfstandig naamwoord en het lidwoord

HOE: In Talent Online op je Ipad

HULP: Lesstof -> zelfstandig naamwoord en lidwoord

WAT:

Maak opdracht 6 t/m 10 van paragraaf 2.7

Huiswerkcheck vrijdag

In Talent Online op je Ipad:

• 2.7 Opdracht 6 t/m 10
• 2.7 Opdracht 12 t/m 16
• 2.7 Opdracht 2, 18 en Test Jezelf

"In de film crossen ze met een jeep over het eiland."
Welk van de onderstaande woorden is géén zelfstandig naamwoord?

1. film
2. jeep
3. eiland
4. ze

"In de film crossen ze met een jeep over het eiland."
Welk van de onderstaande woorden is géén lidwoord?

1. de
2. ze
3. een
4. het

Huiswerk volgende les

In Talent Online op je Ipad:

• 2.7 Opdracht 6 t/m 10