Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Hoofdwerkwoorden en hulpwerkwoorden
1 / 22
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Cette leçon contient
22 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Wat gaan we doen?
Hoofdwerkwoorden en hulpwerkwoorden
Slide 2 - Diapositive
Wat is een werkwoord?
Slide 3 - Carte mentale
Een werkwoord is:
Een werkwoord geeft aan wat er wordt gedaan of gebeurt. Werkwoorden zijn doe-woorden.
Bijvoorbeeld:
Gamen Worden
Lopen Proberen
Zullen Eten
Slide 4 - Diapositive
Wat is bij de volgende zinnen het werkwoord?
Slide 5 - Diapositive
Wil je Vanessa straks even bellen.
Slide 6 - Question ouverte
Wat zijn verwijswoorden?
Slide 7 - Question ouverte
Marijn heeft zich verslapen.
Slide 8 - Question ouverte
Maar is nog niet uitgeslapen.
Slide 9 - Question ouverte
Wat is een werkwoordelijk gezegde?
Slide 10 - Carte mentale
Een werkwoordelijk gezegde is:
Alle werkwoorden in één zin noem je samen het werkwoordelijk gezegde .
Slide 11 - Diapositive
Hoofdwerkwoord
Het
hoofdwerkwoord
geeft aan het werkwoordelijk gezegde zijn belangrijkste betekenis. De andere werkwoorden in de zin zijn
hulpwerkwoorden
.
Een hoofdwerkwoord kan een persoonsvorm zijn, een infinitief (heel werkwoord) of een voltooid deelwoord .
Slide 12 - Diapositive
Wat is het hoofdwerkwoord in de volgende zinnen?
Slide 13 - Diapositive
De jongens gaan morgen na school samen wat eten. (infinitief)
Slide 14 - Question ouverte
Hij heeft opgetreden in de Ziggo Dome.
Slide 15 - Question ouverte
Stef wil nog steeds loonwerker worden.
Slide 16 - Question ouverte
Hulpwerkwoord
Een hulpwerkwoord staat nooit alleen in een zin: het 'helpt' het hoofdwerkwoord.
Een hulpwerkwoord geeft bijvoorbeeld aan dat iets in het verleden is gebeurd of dat iemand iets wil of kan doen.
Slide 17 - Diapositive
Hulpwerkwoord
Een hulpwerkwoord staat nooit alleen in een zin: het 'helpt' het hoofdwerkwoord.
Een hulpwerkwoord geeft bijvoorbeeld aan dat iets in het verleden is gebeurd of dat iemand iets wil of kan doen.
Slide 18 - Diapositive
Wat is uit de volgende zinnen het hulp werkwoord?
Slide 19 - Diapositive
Ik wil graag mijn verjaardag vieren.
Slide 20 - Question ouverte
Nora zou wel op mijn feest hebben willen komen.
Slide 21 - Question ouverte
De conciërges gaan meer toezicht houden in de kantine tijdens de pauze.
Slide 22 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Koppelwerkwoorden en gezegdes
Février 2023
- Leçon avec
31 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Uitleg woordsoorten: het werkwoord
Octobre 2021
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Uitleg woordsoorten: het werkwoord
Novembre 2021
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Hoofdwerkwoorden en hulpwerkwoorden
Mai 2023
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
2F taalblokken grammatica 1.1 & 1.2
Avril 2024
- Leçon avec
15 diapositives
V2 uitleg zww, kww en hww
Septembre 2024
- Leçon avec
36 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Fase 2: Het gezegde
Janvier 2024
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
De functie van het werkwoord bij het grammaticaal ontleden van een zin
Février 2024
- Leçon avec
13 diapositives