Oefenen spelling 1B3

Oefenen voor spelling
Deze les gaan we eerst klassikaal oefenen met spelling. 
Daarna ga je zelf aan de slag.

1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Oefenen voor spelling
Deze les gaan we eerst klassikaal oefenen met spelling. 
Daarna ga je zelf aan de slag.

Slide 1 - Diapositive

Maak de volgende zin vragend:
Wij gaan naar huis.

Slide 2 - Question ouverte

Maak de volgende zin vragend:
Je rijdt in jouw auto.

Slide 3 - Question ouverte

Welke zin is correct?
A
Jij bent stout.
B
Jij bent staut.

Slide 4 - Quiz

Zet de volgende zin in de verleden tijd:
'Jullie zitten op een paard.'

Slide 5 - Question ouverte

Zet de volgende zin in de verleden tijd:
'Ik doe helemaal niks.'

Slide 6 - Question ouverte

Welk woord is correct gespeld?
A
Autoo's
B
Autoos
C
Ootoos
D
Auto's

Slide 7 - Quiz

Welke zin is correct?
A
Het vlees is rouw.
B
Het vlees is rauw.

Slide 8 - Quiz

Voeg een tijdstip toe:
De jongen neemt .......... zijn laptop mee.

Slide 9 - Question ouverte

Voeg een plek toe:
De scheidsrechter heeft .......... een rode kaart getrokken.

Slide 10 - Question ouverte

De scheidsrechter heeft op het veld een rode kaart getrokken.
Wat voor werkwoord is 'heeft'?
A
half werkwoord
B
heel werkwoord
C
pv
D
voltooid deelwoord

Slide 11 - Quiz

De scheidsrechter heeft op het veld een rode kaart getrokken.
Wat voor werkwoord is 'getrokken'?
A
pv
B
heel werkwoord
C
half werkwoord
D
voltooid deelwoord

Slide 12 - Quiz

Zoek de PV in de zin en maak de puzzel!

Slide 13 - Diapositive

Zie je het antwoord?

Slide 14 - Diapositive