6.3 Geluidsterkte

1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
naskMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Hoe noem je het aantal trillingen in 1 seconde?
A
amplitude
B
frequentie
C
geluidsterkte
D
toonhoogte

Slide 5 - Quiz

6. Hieronder zie je een aantal frequenties. De frequentie zegt iets over de toonhoogte. Noteer de trilling met de hoogste en de trilling met de laagste toon.
(10 000 Hz, 750 Hz, 20000 Hz, 20 Hz, 150 Hz, 75 Hz)

Slide 6 - Question ouverte

Wat bepaalt de toonhoogte van een geluid?
A
amplitude
B
frequentie
C
geluidsterkte
D
toonhoogte

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Amplitude zegt wat over de:
Frequentie zegt wat over de:
Geluidssterkte meten we in: 
Frequentie meten we in:
Amplitude
Trillingstijd
Hertz
Decibel
Toonhoogte
Geluidssterkte

Slide 14 - Question de remorquage

Wat is de pijngrens van een mens in geluidssterkte dB(A)?
A
120 dB
B
140 dB
C
100 dB

Slide 15 - Quiz

Wat is de pijngrens van een mens in geluidssterkte dB(A)?
A
120 dB
B
140 dB
C
100 dB

Slide 16 - Quiz

Je luistert naar geluid met een geluidssterkte van 89 dB. Is dit geluid gevaarlijk voor je gehoor?
A
dit is altijd gevaarlijk
B
dit is nooit gevaarlijk
C
dit is alleen gevaarlijk als je er te lang naar luistert

Slide 17 - Quiz

In de afbeelding zie je vier verschillende beelden van een oscilloscoopscherm. De oscilloscoop heeft vier keer dezelfde instelling.
Welke twee beelden geven de geluiden met de grootste geluidssterkte weer?
A
beeld A
B
beeld B
C
beeld C
D
beeld D

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive