2.1 De invloed van de zon

Temperatuurfactoren
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Temperatuurfactoren

Slide 1 - Diapositive

Welke kenmerken horen bij het weer?

Slide 2 - Carte mentale

Lees de eerste alinea van bladzijde 24
weer en klimaat

Slide 3 - Diapositive

Het weer beschrijft de toestand van de ....?... op dit moment.
A
Neerslag
B
Temperatuur
C
Bewolking
D
Atmosfeer

Slide 4 - Quiz

Wat zijn de belangrijkste aspecten van het weer?
A
Neerslag & bewolking
B
Bewolking & wind
C
Neerslag & temperatuur
D
Wind & temperatuur

Slide 5 - Quiz

Het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar of langer noemt men....
A
Het weer
B
Het klimaat
C
De atmosferische toestand
D
De klimaat verandering

Slide 6 - Quiz

Weer en klimaat
  • Weer: Toestand van de atmosfeer op een bepaald moment en een bepaalde plaats

  • Klimaat: Het gemiddelde weer in een gebied, berekend over een periode van 30 jaar

Slide 7 - Diapositive

Temperatuurfactoren
Drie factoren hebben grote invloed op de temperatuur. Dat zijn temperatuurfactoren.
  1. Breedteligging: 'hoe verder van de evenaar, hoe kouder'.
  2. Hoogteligging: 'hoe hoger, hoe kouder'.
  3. Land- zeeverdeling: 'hoe verder van zee, hoe warmer in de      zomer en hoe kouder in de winter'. (differentiatie)

Slide 8 - Diapositive

Invalshoek van de zon 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Temperatuurverschillen op aarde
  • Bij de evenaar: rechte zonnestralen recht (veel energie op klein opp = warm)
  • Bij de polen: schuine zonnestralen (groter oppervlak = koud)

Slide 13 - Diapositive

Loodrechte zonnestralen hoeven een kleiner gebied te verwarmen dan schuine zonnestralen.
A
goed
B
fout

Slide 14 - Quiz

Hoge breedte is dicht bij de evenaar.
A
goed
B
fout

Slide 15 - Quiz

Hoe lager de breedte hoe warmer.
A
goed
B
fout

Slide 16 - Quiz

Slide 18 - Vidéo

Slide 19 - Diapositive

De seizoenen in Nederland
Zet de foto's bij het juiste seizoen

Slide 20 - Question de remorquage

Oorzaak seizoenen
De aardas staat schuin:
December: zuidpool staat het dichtst bij de zon.
Juni: noordpool staat het dichtst bij de zon.

Lente
Zomer
Herfst
Winter

Slide 21 - Diapositive