Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Wat weet je al over techniek?
Slide 1 - Carte mentale
Welke van de volgende dingen zijn techniek?
A
ijsje
B
zadel
C
regen
D
paard
Slide 2 - Quiz
Aan het eind van de les.....
- Hebben we de afgelopen 3 lessen herhaald.
- Kan je uitleggen wat wrijving en warmte met elkaar te maken hebben
- Kan je voorspellen welke kant draaiwielen op draaien.
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Hoeveel ontdekkingen tel je in het stripje?
A
1
B
5
C
3
D
6
Slide 5 - Quiz
Een van die uitvindingen was de trapper. Wat kon je doen toen de trapper was uitgevonden?
Slide 6 - Question ouverte
Het frame
Slide 7 - Question de remorquage
Het frame
Een frame is het geraamte van de fiets. De wielen worden aan het frame vastgemaakt. Het frame moet stevig zijn. Daarom is de vorm een driehoek.
Slide 8 - Diapositive
De overbrenging
Slide 9 - Question de remorquage
De overbrenging
Overbrenging is dat je iets doet wat op een andere plek werkt. De ketting brengt het draaien van de trappers over. De remkabel brengt het knijpen in de handrem over op de remblokjes.
Slide 10 - Diapositive
De vering
Slide 11 - Question de remorquage
De vering
Een vering vangt schokken op. Bij een fiets zit de vering in het zadel. Bij een sportschoen zit de vering in de zool.
Slide 12 - Diapositive
Een spaak trekt het wiel naar binnen.
Waar
Niet waar
Slide 13 - Sondage
Spaken maken het wiel heel sterk.
waar
niet waar
Slide 14 - Sondage
De fietsketting zorgt voor overbrenging.
waar
niet waar
Slide 15 - Sondage
Tandwielen zorgen voor de versnelling van het wiel.
waar
niet waar
Slide 16 - Sondage
1. Zorgt voor stevigheid van de fiets. 2. Zorgt voor de snelheid van de fiets.
Vul een woord in. Zet het nummer van de zin voor het woord.
Slide 17 - Question ouverte
Slide 18 - Diapositive
Bij ontstaat .
Hoe meer hoe meer .
Dikke banden geven meer .
Iets dat heel glad is geeft minder .
wrijving
warmte
wrijving
warmte
wrijving
wrijving
warmte
warmte
Slide 19 - Question de remorquage
Jamal gaat sjoelen, maar zijn sjoelstenen zijn weg. Hij gebruikt damstenen om te sjoelen. Hij schuift ze weg als sjoelstenen. Liggen ze eerder of later stil dan sjoelstenen? Waarom?