Je ziet in dit model dat motorisch leren in een bepaalde volgorde plaatsvindt:
1. de input of de instructie
Dit is de informatie die de deelnemer op een of andere manier krijgt, bijvoorbeeld door het zien van een voorbeeld (plaatje) of het krijgen van instructie (praatje).
2. de sporter
Hierbij gaat het om de manier waarop de deelnemer de informatie (de input, de instructie) verwerkt. Concentratie, motivatie en de manier van verwerken spelen hierbij een belangrijke rol.