Herhaling 2t 17-03

Hoofdstuk
Onderdeel
Blz.
H1
Zinnen in zinsdelen verdelen
28
H2
Woordsoorten 
54
H3
Werkwoordelijk gezegde en lijdend voorwerp
80
H4
Meewerkend voorwerp
106
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk
Onderdeel
Blz.
H1
Zinnen in zinsdelen verdelen
28
H2
Woordsoorten 
54
H3
Werkwoordelijk gezegde en lijdend voorwerp
80
H4
Meewerkend voorwerp
106

Slide 1 - Diapositive

Wat is het onderwerp (ow)?
De vrolijke kinderen van de basisschool gaan buitenspelen.

Slide 2 - Question ouverte

Wat is het lijdend voorwerp (lv)?
Vandaag heb ik alweer mijn huiswerk niet gemaakt.

Slide 3 - Question ouverte

Wat is het werkwoordelijk gezegde (wg)?
Voor zijn verjaardag wil hij veel cadeautjes krijgen.

Slide 4 - Question ouverte

Hoeveel lidwoorden (lw) staan er in de zin?
De jongens kochten allemaal één ijsje.

Slide 5 - Question ouverte

Hoeveel zelfstandig naamwoorden (zn) staan er in de zin?
Elk jaar gaan mijn opa en oma op vakantie naar Spanje.

Slide 6 - Question ouverte

Wat is het meewerkend voorwerp in de zin?
Ik vraag de docent of zij extra uitleg wil geven.

Slide 7 - Question ouverte

Hoeveel voorzetsels (vz) staan er in de zin?
Voordat het feest op school begon, zocht ik mijn kleren uit.

Slide 8 - Question ouverte


Vanochtend heb ik één boterham gegeten.
A
Wel een lidwoord
B
Geen lidwoord

Slide 9 - Quiz

Wat is het meewerkend voorwerp in de zin?
De bakker geeft een krentenbol aan het kind.

Slide 10 - Question ouverte

Met welk onderdeel wil je graag nog extra oefenen? (optioneel)

Slide 11 - Question ouverte