P3 Week 3

Nederlands periode 3
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 150 min

Éléments de cette leçon

Nederlands periode 3

Slide 1 - Diapositive

Periodeplanner P3
Wat moet je deze periode doen? Nu Nederlands, boek en online
• Lezen - A H3: informatieve en instructieve teksten. Online: Lez3 3.1 en 3.2
• Luisteren- A H2 verschillende tekstsoorten 2.1 informatieve 2.2 instructieve teksten.   Online Lui2 2.1 en 2.2
• Woordenschat A H3: 3.2 moeilijke woorden oefenen, lijst 5 t/m 8 (t/m blz. 187). Online Ws3 3.2
• Schrijven-  B H2. 2.1 schrijven in fasen 2.4 verslag. Online schr2 2.1 en 2.4
• Spelling en Grammatica- B H2 spellingsregels 2.1 t/m 2.4. Online Spel2
• Forrmuleren 1  - B H1. 1.2 verwijswoorden 1.3 signaalwoorden. Online Form1 1.2 en 1.3

Andere voorwaardelijke opdrachten
• Schrijfopdracht: dagverslag en een zakelijke e-mail of uitnodiging
• Lezen en luisteren: drie teksten met oefeningen Nieuwsbegrip online maken, kiezen voor ‘andere tekst’ en bijbehorend Jeugdjournaal kijken
• Woordenschat: je hebt een eigen woordenlijst
• Leesboek lezen en boekpromotie houden voor de klas


Slide 2 - Diapositive

Vorige week
Luisteren - A H2: informatieve teksten (Lui 2 2.1)
Woordenschat A H3: 3.2 moeilijke woorden oefenen, lijst 5 t/m 8 (t/m blz. 187 - Ws3 3.2)
 
Schrijfopdracht: dagverslag verbeteren en opnieuw inleveren.

Slide 3 - Diapositive

Dagverslag
Je schrijft een verslag over een dag op je stage. Daarin beschrijf je wat je die dag hebt gedaan, in chronologische volgorde (= tijdsvolgorde). Je schrijft dit voor de docent. Ga ervan uit dat de docent jouw werkplek helemaal niet kent. 
Je verslag is minimaal 10 zinnen.
Heb je nog geen stage? Dan schrijf je een verslag over een dag op je werk (als je een baantje hebt), of een lesdag op school.

Slide 4 - Diapositive

Dagverslag
  • Gebruik de 5 W's + H:
    wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe?

  • Gebruik bijvoeglijke naamwoorden.
  • Gebruik hoofdletters en punten.
  •  Maak goede zinnen.

Slide 5 - Diapositive

Aan het werk!

Lezen - A H2:
instructieve teksten (Lez 2.2)

Slide 6 - Diapositive

Woordenschat A H3 - 3.2

Slide 7 - Diapositive

Werk aan:
Luisteren - A H2: informatieve teksten (Lui 2 2.1)
Lezen - A H3: 3.1 informatieve teksten (Lez3 3.1) en 3.2 instructieve teksten (Lez3 3.2)
Woordenschat A H3: 3.2 moeilijke woorden oefenen, lijst 5 t/m 8 (t/m blz. 187 - Ws3 3.2)
 
Schrijfopdracht: dagverslag 

Slide 8 - Diapositive

voorbeeld van instructie
1. Blijf kalm.
2. Druk de brandmelder in.

Slide 9 - Diapositive

Maak een instructiezin.

Slide 10 - Question ouverte