Erfelijkheid transcriptie

Vandaag: 
  1. Je kunt enkele DNA-technieken in de biotechnologie beschrijven.
  2. Je kunt benoemen hoe transcriptie en eiwitsynthese plaatsvinden in de cel.
  3. Je kunt uitleggen dat de genetische variatie toeneemt door spontane mutaties 
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Vandaag: 
  1. Je kunt enkele DNA-technieken in de biotechnologie beschrijven.
  2. Je kunt benoemen hoe transcriptie en eiwitsynthese plaatsvinden in de cel.
  3. Je kunt uitleggen dat de genetische variatie toeneemt door spontane mutaties 

Slide 1 - Diapositive

Genetische modificatie

Slide 2 - Carte mentale

Slide 3 - Vidéo

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat is er gevaarlijk aan gene editing?

Slide 6 - Question ouverte

Geef een voorbeeld van genetische modificatie

Slide 7 - Question ouverte

Hoe heet de techniek die wordt gebruikt om DNA aan te passen?
A
crispr cas
B
RNA technieken
C
recombinant techniek
D
Enzym

Slide 8 - Quiz

Genexpressie
=het tot uiting komen van een gen 

Of een gen aan of uit staat, verschilt per cel en hangt samen met de functie van de cel

Slide 9 - Diapositive

In praktijk:
Genen bevatten informatie voor zowel het maken van eiwitten als voor het regelen van processen in de cel.

Een gen bevat bijvoorbeeld de code voor het maken van melanine (een pigment). Wanneer dit gen in een cel van de iris aan staat, wordt de code voor het maken van melanine afgelezen en wordt melanine gemaakt. Bruine ogen hebben veel melanine, blauwe ogen weinig en groene ogen zitten daartussenin. De hoeveelheid melanine is een deel van het fenotype.

Slide 10 - Diapositive

Zijn de genen met informatie over haarkleur actief in de lever?
Ja
Nee

Slide 11 - Sondage

Spontane mutatie

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo


Een allel begint altijd met de startcode TAC. Het einde van een allel wordt aangegeven met een eindcode, in dit geval ATT. Tussen twee allelen ligt meestal nog een serie DNA-bouwstenen.
Je ziet hier twee DNA-sequenties (P en Q) weergegeven. Alleen de bovenste rij letters (code) wordt van links naar rechts afgelezen om een eiwit te maken.

Bevat een van deze DNA-sequenties een compleet allel? Zo ja, welke? Leg je antwoord uit.

Slide 14 - Diapositive

Je haarkleur is een eigenschap die kan veranderen. Veel mensen hebben tijdens hun kindertijd blond haar, maar als volwassene heeft hun haar een andere kleur. Sommige baby’s met donker haar krijgen later lichter haar.
Leg uit waardoor de haarkleur kan veranderen.

Slide 15 - Question ouverte

Genen kunnen aan en uit staan. Als haar donkerder wordt, zijn genen aangezet die eerst uit stonden. Daardoor wordt meer melanine gemaakt. Als haar lichter wordt, zijn genen uitgeschakeld waardoor minder melanine wordt gemaakt.

Slide 16 - Diapositive

Afsluiting
  1. Je kunt enkele DNA-technieken in de biotechnologie beschrijven.
  2. Je kunt benoemen hoe transcriptie en eiwitsynthese plaatsvinden in de cel.
  3. Je kunt uitleggen dat de genetische variatie toeneemt door spontane mutaties 

Slide 17 - Diapositive