LessonUp 2.1 2.2 BK1

LessonUp 2.1 en 2.2
Ga snel zitten, zorg dat je kunt inloggen. 
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

LessonUp 2.1 en 2.2
Ga snel zitten, zorg dat je kunt inloggen. 

Slide 1 - Diapositive

Hoe noemen we het tijdvak van de oudheid?

Slide 2 - Question ouverte

De oudheid duurde van...
A
1000 n.C. - 1500 n.C.
B
2000 v.C. - 50 n.C.
C
3000 v.C. - 500 n.C

Slide 3 - Quiz

Tot 3000 v.C.
3000 v.C. tot 500 n.C.
500 - 1000 n.C.
1000 - 1500 n.C..
Tijd van jagers en boeren
Tijd van Grieken en Romeinen
Tijd van Monniken en ridders
Tijd van Steden en Staten
Middeleeuwen
Prehistorie
Oudheid

Slide 4 - Question de remorquage

Nederland
Spanje
Italië
Griekenland
Frankrijk
Egypte

Slide 5 - Question de remorquage

De leider van de Romeinen was een...
A
Koning
B
Soldaat
C
Dictator
D
Keizer

Slide 6 - Quiz

Germanen
Friezen
De limes
Romeinen
Bataven

Slide 7 - Question de remorquage

De rivier de Maas was de grens van het Romeinse rijk.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

De Romeinen offerden in tempels.
Wat was de reden dat de Romeinen offerden?
A
Het was een manier van slachten.
B
Het was normaal cadeaus aan anderen te geven.
C
Ze hoopten dat de goden de mensen zouden helpen.
D
Zo lieten ze zien dat ze tolerant waren.

Slide 9 - Quiz

De Romeinen hadden ....god(en)
A
Meerdere
B
één

Slide 10 - Quiz

Waarom brachten de Romeinen offers aan hun goden?

Slide 11 - Question ouverte

Het gebedshuis voor de joden noemen we een

Slide 12 - Question ouverte

De joden zagen de Romeinse keizer als hun god.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Omcirkel het juiste antwoord.
In 395 wordt het Romeinse rijk door de keizer opgesplitst in een West-Romeins rijk en een Oost-Romeins rijk. Waarom splitste de keizer het rijk?

A
De keizer had twee zonen die alle twee zijn opvolger wilde zijn.
B
Het Westen en het Oosten hadden vaak ruzie met elkaar.
C
Kleinere rijken zijn beter te verdedigen.
D
Veel Romeinen hadden honger doordat de oogst was mislukt.

Slide 14 - Quiz

In het Romeinse rijk woonden veel volken met ieder hun eigen godsdiensten. Welke kenmerk hoort bij het christendom?
A
Geloven in meerdere goden
B
oppergod Jupiter
C
paus
D
tempel

Slide 15 - Quiz

Hoe wordt het heilige boek van christenen genoemd?

Slide 16 - Question ouverte

De tijd van de Grieken en Romeinen stopte...
A
500 v. Chr.
B
50 n. Chr
C
500 n. Chr.
D
1000 n. Chr.

Slide 17 - Quiz

Geloven in één God
Geloven in meerdere Goden
Islam
Jodendom
Christendom
Romeinse Goden
Hindoeïsme
Boeddhisme

Slide 18 - Question de remorquage