Nederlands 3GTA 8 september

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

• Materiaalcheck
• 
  

• Ik kan hoofd- en bijzaken onderscheiden en sorteren
• Ik kan een goede hoofdgedachte formule
• Ik heb de theorie van de afgelopen twee jaar herhaald

Materiaalcheck

Leg de volgende dingen op je tafel:

Je boek voor Nederlands (nieuw Nederlands)

Laptop

Etui of anders minimaal 2 pennen

Schrift voor Nederlands

Leesboek of tijdschrift

Gouden regels

• Niet roepen door de klas, je steekt je hand op als je iets wil zeggen
• Je behandelt elkaar met respect, je bent vriendelijk voor elkaar
• Tijdens de les ben je bezig met het vak Nederlands, niet met andere dingen bijvoorbeeld op je laptop

Wat verwacht ik van jullie

• Respect
• Veiligheid
• Vriendelijkheid
• Discipline

Hoe heb jij sinds binnenkomst 1 van de waarden zichtbaar gemaakt?

Wat is het onderwerp van een tekst?

Het onderwerp van een tekst...

1. ... vertelt in één woord waar de tekst over gaat.
2. ... vertelt wat het belangrijkste van de tekst is.
3. ... vertelt wat iemand ergens van vindt.
4. ... vertelt wat waar of niet waar is.

Wat is een hoofdgedachte? En hoe bepaal je de hoofdgedachte van een tekst?

Tekstdoel: informeren.

Tekstdoel: Overtuigen.

Tekstdoel: Activeren.

reclameteksten

verkiezingsteksten

nieuwsbericht

recensie van een boek

columns

Wat is het tekstdoel?

1. informeren
2. activeren
3. overtuigen
4. amuseren

Tekstsoort?

1. aankondiging
2. nieuwsbericht
3. artikel
4. oproep

Wat is de tekstsoort?

1. Advertentie
2. Tabel
3. Instructie

oriënterend lezen

anders

titel

alles lezen

afbeeldingen

iets opzoeken

inleiding

tussenkopjes

Titel

Begin van de alinea

Eind van de alinea

Illustratie

Tabel

Tussenkopjes

Bron

Oriënterend lezen is...

1. Alles doorlezen van begin tot eind
2. De titels en tussenkopjes + eerste zin van een alinea lezen
3. Op zoek gaan naar uitgebreide informatie
4. Bedenken of wat er in de tekst staat ook klopt

Bij precies lezen . . .

1. lees je de 1e en laatste zin van elke alinea
2. zoek je alleen het stuk tekst dat je nodig hebt
3. bekijk je de tekst en lees je de 1e alinea
4. lees je de eerste tot en met de laatste zin van de tekst

Bijzaken hoef je niet in een samenvatting te vermelden. Wat zijn bijzaken?

In een samenvatting benoem je alleen de hoofdzaken van een tekst. Wat zijn hoofdzaken?

Signaalwoorden 

van voorbeeld

Signaalwoorden 

van voorwaarde

Signaalwoorden van opsomming

Signaalwoorden van samenvatting

Signaalwoorden van oorzaak&gevolg

Signaalwoorden van tegenstelling

Signaalwoorden van tijd

Signaalwoorden van conclusie

dus

vervolgens

echter

omdat

kortom

ten tweede

mits

bijvoorbeeld

als

zoals

al met al

vervolgens

hierdoor

want

maar

daarentegen

ook

Tekstverband = reden

Tekstverband = tegenstelling

Signaalwoord:         want

Signaalwoord

    omdat

Signaalwoord:

      echter

Signaalwoord:

    maar

Wat is een tekstverband?

1. Het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd.
2. Het belangrijkste in een alinea.
3. De samenhang tussen woorden, zinnen of alinea's.
4. Het onderwerp in een tekst

Tekstverbanden, het woord 'maar' hoort bij een .......tekstverband

1. opsommend
2. voorbeeldgevend
3. tegenstellend
4. redengevend

" Kortom, dit was de herhaling over tekstverbanden en signaalwoorden"
Tekstverband?

1. Doel-middelverband
2. Vergelijkend verband
3. Samenvattend verband
4. Concluderend verband

Feiten & meningen

Wat is een feit? En wat is een mening?

FEIT

MENING

Turnen is een gave sport

Het aantal calorieën in een Snickers is 321

Een iPhone 13 kost bij bol.com 810 euro. 

Het familieweekend in de Ardennen vond ik erg gezellig. 

Dat is duur!

Van regen word je nat.

Hoofdstuk 1.1 opdracht 6 en 7

Schrijf de antwoorden netjes in je schrift

Start met de datum

Zet het opdrachtnummer in de kantlijn

Zorg voor voldoende ruimte tussen je antwoorden.

Leg uit betekent ook echt leg uit.

Nakijken

Afspraken over nakijken:

• Alle antwoorden staan goed in je schrift
• Gebruik een andere kleur pen
• Werk netjes

Nakijken opdracht 4

Nakijken opdracht 5

Wat heb je geleerd deze les?

Opdracht 6 en 7 Lezen H1.1