HA 3.1 Metamorfose

• Beeldende vorming
• Middelbare school
• vmbo b, k, t, havo, vwo
• Leerjaar 1

Thema 3.1

Natuur

Metamorfose

Inhoud

Thema en opzet                                                                    dia 2 – 5

Uitleg onderwerp en beeldaspecten                              dia 6 – 15 

Uitvoeren                                                                                 dia 16 - 17  

Hoe ga je dit doen? Oriënteren: leerdoelen A-B-C      dia 18 – 25

Hoe ga je dit doen? Uitvoeren: leerdoel D                     dia 26 - 29

Criteria per niveau                                                                dia 30 - 31 

Uitleg technieken en materialen                                     dia 32 - 38                

Hoe ga je dit doen? Reflectie: leerdoelen E en F         dia 39 – 40

Planning                                                                                  dia 41 

 

Beeldende vorming   leerdoelen

Je werkt 2-5 jaar aan 6 leerdoelen.

Per thema hebben deze 6 leerdoelen een andere invulling.

Per niveau heeft de invulling van de leerdoelen andere criteria

De bedoeling is dat je bewust voorstelling en vormgeving kiest en maakt om je boodschap over te brengen: communiceren met vormen

6 leerdoelen, ontwikkeling in te behalen in 2-6 jaar; 

 = elke periode via andere beeldaspecten, technieken en materialen en onderwerp

                                                                    

Thema HA 3.1; Natuur; Metamorfose

Dit thema gaat over Natuur en metamorfose zichtbaar in een aantal stappen 

in een voorstelling en met de vormgeving

Onderwerp: het ene dier of voorwerp verandert langzaam in een ander dier of voorwerp. De verschillende stadia verwerkt je beeldend in de compositie

Beeldaspecten: 

- Ruimte; overlapping, open-gesloten, plasticiteit

- Vorm: realistisch en fantasie, gedetailleerd, herkenbaar

- licht: lichtrichting, eigen -en slagschaduwen

- Kleur: naturalistische kleuren, kleurverloop

- compositie:  in volgorde over het hele beeld

technieken en materialen:  

(na) tekenen, logische en verrassende verandering van vormen, kleurpotlood, mengen, kleurverloop

Toelichting op:

het thema

het onderwerp

beeldaspecten

Metamorfose

Een metamorfose, gedaanteverwisseling, gedaanteverandering, metamorfose of 

transfiguratie is een verandering van vorm, structuur, karakter, verschijning of omstandigheid, in een ontwikkeling.

Ovidius, dichter uit de klassieke oudheid schreef er een heel werk over: in 15 boeken vertelt hij ongeveer 250 mythen die met elkaar verbonden zijn. In de verhalen schetst Ovidius het leven van de klassieke goden, stervelingen en andere mythische figuren, die telkens een dramatische gedaantewisseling (metamorfose) ondergaan

De verhalen over de goden zijn weer door veel andere kunstenaars afgebeeld.

Het een dat het ander wordt of zich anders voordoet is blijkbaar een interessant iets.

metamorfose in beeld gebracht

met enthousiaste mevrouw :-) 

metamorfose in beeld gebracht

vanaf 1.05

Voor veel kunstenaars is het proces van een metamorfose een inspiratiebron.

Van het een naar het ander: 

                                               dit is eigenlijk de essentie van het werk van een kunstenaar.

Dit kun je heel verschillend opvatten natuurlijk;

1. 

Heel basic:

van een leeg wit blad naar een blad met een tekening

van een tekening naar een ingekleurde tekening

2

Naar een vorm verandering:

animatie van een vormverandering

3

Naar een onderwerp ervan maken:

- Vorm en daarmee betekenis veranderen 

M.C. Escher

Een beroemde Nederlandse kunstenaar heeft er een heel groot werk over gemaakt

Even een snelle introductie

Zijn grote werk: Metamorphosis II

Belangrijkste beeldaspecten bij dit thema

Vorm:       herkenbare vorm in minimaal 4 stadia naar een andere herkenbare vorm

                    gedetailleerd, textuur

Ruimte:     overlapping - plasticiteit - klein / groot

Licht:         lichtrichting - slagschaduwen - eigen schaduwen

kleur:          naturalistische kleuren -  kleurverloop - mengen

Compositie: minimaal 4 stadia beeldvullend in volgorde

Uitvoeren: Metamorfose

Je maakt  een metamorfose waarbij je een vormverandering en een onderwerpverandering toont in minimaal 4 “stappen” op een A4 papier

je verwerkt twee onderwerpen en bedenkt hoe je de een in de andere veranderd

Je maakt de voorstelling beeldvullend en kiest een eenvoudige achtergrond

Je tekent realistisch met veel details, en toont naturalistische kleuren

Materialen en technieken:

Je tekent na met behulp van afbeeldingen

Je kleurt kleurverloop en mengt kleuren kleurpotlood

.

voorbeeld metamorfose

Week 37/39: 11 t/m 22 sept

Oriënteren; leerdoel A-B-C

Hoe ga jij dit doen?

Oriënteren; leerdoelen A-B-C

noteer op het werkblad:

Wat ga je maken: welke 2 "dingen"

Hoeveel stadia (minimaal 4)

uitleg beeldaspecten

Teken je ideeschets: teken met cirkels de compositie

Teken je fragmentschetsen: het ene "ding"

                                                      het andere "ding"

Metamorfose inspiratiebronnen

peter vos

peter vos

Week 41 – 45:   7 okt t/m 8 nov

Leerdoel D: uitvoeren

thema Metamorfose

teken het ene ding

teken het andere ding

teken 2 stadia aan verandering ertussen

werk het uit met plasticiteit en lichtrichting in kleurpotlood 

Hoe ga jij dit doen?

Uitvoeren: metamorfose

teken de metamorfose in 4 of 5 delen

bedenk hoe je de tekeningen over het blad verdeeld

werk elke tekening uit in licht en schaduw

meng kleurpotloden met elkaar

inspiratiebronnen bij uitvoeren

Criteria Metamorfose H

Je tekent een metamorfose van het ene ding in 4 stadia naar het andere ding

Je tekent realistisch, gedetailleerd en herkenbaar

Je verdeelt de 4 tekeningen over het blad in een volgorde, zo groot mogelijk

Je tekent elke tekening met lichtrichting, eigen - en slagschaduwen

Je tekent elke tekening met plasticiteit; volume, bol en hol door schaduwen

Je kleurt elke tekening in kleurpotlood en je mengt elke kleur met een andere

Je kleurt elke tekening met kleurverloop en accenten

Je kleurt 2 kleurovergangen en 2 kleurtoontrappen

Criteria Metamorfose A

Je tekent een metamorfose van het ene ding in 5 stadia naar het andere ding

Je zorgt voor een overgang van het ene onderwerp naar een ander onderwerp

Je tekent realistisch, gedetailleerd en herkenbaar

Je verdeelt de 5 tekeningen over het blad in een volgorde, zo groot mogelijk

Je zorgt voor een eigen "handschrift" een eigen stijl in lijnen

Je tekent elke tekening met lichtrichting, eigen - en slagschaduwen

Je tekent elke tekening met plasticiteit; volume, bol en hol door schaduwen

Je kleurt elke tekening in kleurpotlood en je mengt elke kleur met een andere

Je kleurt elke tekening met kleurverloop en accenten

Je kleurt 3 kleurovergangen en 3 kleurtoontrappen

technieken en materialen

Week 46:   11 – 15 nov

Reflecteren; leerdoel E en F

Hoe ga jij dit doen?

Reflecteren: leerdoelen E en F

bespreek het gemaakte werk met je klasgenoten aan tafel

vul de beoordelingslijst in

klassikaal tips en tops bespreken

Bepaal of je de herkansing moet doen

Werken aan de leerdoelen BV

Planning:

Introductie:                              wk 37               9 - 13 sept                      leerdoel A-B

Oriënteren:                               wk 37-40         9 sept – 4 okt               leerdoel A-B-C

Uitvoeren:                                 wk 41 / 45        7 okt  –  8 nov               leerdoel D

Reflecteren:                              wk 46              11 – 15 nov                       leerdoel E en F

Herkansing:                              wk 47              18 - 22 nov.           in eigen tijd