Kapitel 1 12-10-2021

der Unterrichtplan

- Rückblick 
Lektion 4 Aufg. 4, 5 , 6 und 7 kontrollieren 
- Uitleg het bepaald en onbepaald lidwoord
- Aufg. 8 bis einschl. 10 machen. 
- Evaluation



 




1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

der Unterrichtplan

- Rückblick 
Lektion 4 Aufg. 4, 5 , 6 und 7 kontrollieren 
- Uitleg het bepaald en onbepaald lidwoord
- Aufg. 8 bis einschl. 10 machen. 
- Evaluation



 




Slide 1 - Diapositive

die Lernziele

- ihr könnt den bestimmten und unbestimmten Artikel
richtig anwenden.  

- ihr könnt alle Substantive mit einer Majuskel schreiben. 

Slide 2 - Diapositive

   Rückblick

* Lektion 4 Aufg. 4, 5 , 6 und 7 kontrollieren 
* Sprechfertigkeit; 7  zu zweit. 


 



Slide 3 - Diapositive

* Erklärung; der bestimmte und unbestimmte Artikel

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

der-die-das?
... Mädchen
A
die
B
das
C
der

Slide 6 - Quiz

der, die oder das?

Eltern
A
der
B
die
C
das

Slide 7 - Quiz

( heißen) Vul in: Er ............... Hans Jürgen.

Slide 8 - Question ouverte

Vul in:
(heißen) Wie................ du?

Slide 9 - Question ouverte

der-die-das?
... Lied
A
das
B
die
C
der

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Diapositive

vrouwelijk (v)
mannelijk (m)
onzijdig (o)
meervoud (mv)
ein
ein
eine
eine

Slide 12 - Question de remorquage

Let op: In het Duits worden de zelfstandige naamwoorden met een hoofdletter geschreven! 

Zelfstandige naamwoorden zijn vaak abstracte en concrete dingen, dieren of personen.

Het zijn woorden waar je de, het of een voor kunt zetten. 
Bijv.   de tafel - een tafel - tafel = zelfstandig naamwoord
           de broer - een broer - broer = zelfstandig naamwoord 
           de liefde - een liefde - liefde = zelfstandig naamwoord


Slide 13 - Diapositive

Schrijf je dit woord met een hoofdletter in het Duits? stuhl ( = stoel)
Antwoord met: ja of nee

Slide 14 - Question ouverte

Schrijf je dit woord met een hoofdletter in het Duits ?
arbeiten ( = werken)
Antwoord met: ja of nee

Slide 15 - Question ouverte

Schrijf je dit woord met een hoofdletter in het Duits? schwester ( = zus)
Antwoord met: ja of nee.

Slide 16 - Question ouverte

   -  Lest jetzt Gram. E. 

- Macht Aufg. 8 bis einschl. 10
   von Lektion 4.  


Slide 17 - Diapositive

Hausaufgaben: Lektion 4 Aufg. 8, 9 und 10 machen. 
Wiederholen Gram. E + Lesen Gram. F

Slide 18 - Diapositive