Tafel indekken

Het opdekken van de tafel 
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
HotelSecundair onderwijs

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Het opdekken van de tafel 

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Algemene regels: 
  • We eten steeds van buiten naar binnen. Dit wil zeggen dat we het bestek voor de eerste gang aan de buitenkant leggen en de rest in volgorde van de overige gangen.
  • Messen worden altijd met de scherpe kant naar het bord gelegd of weg van de andere gasten.
  • Leg maximum 3 soorten vorken of messen aan elke kant van het bord. Als er een vierde gang is dan wordt het bestek samen met het eten gebracht.
  • Dessertbestek legt men boven het bord of het ingelegd voordat het dessert komt.
  • De plaats van het bestek, de glazen, de borden … is afhankelijk van het menu. Leg nooit materiaal op tafel dat je niet zult nodig hebben.

Slide 3 - Diapositive


A. Bord(en)/ of Servet:  In het midden op ongeveer een vinger van de rand van de tafel plaats je de borden. 
B. Soeplepel: We eten van buiten naar binnen. Dat betekent dat het bestek dat aan de buitenkant ligt eerst gebruikt zal worden en dat in dit geval de eerste gang soep zal zijn. 
C. Bestek voor het hoofdgerecht: Het bestek dat dichtst bij het bord ligt gebruikt men voor het laatste gerecht voor het dessert. In dit geval dus het hoofdgerecht. We leggen altijd de vork links en het mes rechts omdat ze zo juist liggen om te beginnen met eten. De scherpe kant van het mes leg je steeds richting het bord of weg van de andere gasten.
D. Bestek voor het voorgerecht: Voor het bestek voor het voorgerecht geldt dezelfde regel als bij dat voor het hoofdgerecht: vork links, mes rechts.
E. Broodbordje en botermesje: Als gasten bij hun soep of een ander gerecht een broodje geserveerd krijgen dan kan men dat op dit bordje leggen. Het broodbordje wordt altijd links gezet met daarop een botermesje. De scherpe kant van het mesje leggen we net zoals bij de andere messen weg van de andere gasten.
F. Dessertbestek: Dessertbestek leggen we bovenaan het bord of wordt pas op tafel gelegd bij het serveren van het dessert.
G. Waterglas: Het waterglas staat boven het bord. In de volgorde van de glazen staat het steeds het linkst.
H. Wijnglazen: wijnglazen staan in een diagonale lijn naast het waterglas. 

Slide 4 - Diapositive

De juiste volgorde van een tafel opdekken
  1.  Het zetten/leggen van kijkbord of servet
  2. Het leggen van bestek
  3. Het zetten van het broodbordje en broodmesje.
  4. Het zetten van water- en wijnglazen
  5. Het zetten van condimenten(Pezo), decoratiestukken of bloemen.

Slide 5 - Diapositive

Wat hebben we allemaal nodig om een tafel op te dekken? Som er vijf op:

Slide 6 - Question ouverte

Linnen 

Molton
  1. Vochtabsorberend
  2. Geluidsdempend
  3. Tafellaken verschuift niet
  4. comfort voor de klant
  5. Doet het tafellaken er witter uit zien

Slide 7 - Diapositive

Linnen
Tafellaken / Nappe
  1. oogt mooier voor de gast
  2. Gebruiksvriendelijk
  3. kwaliteit

Slide 8 - Diapositive

Het leggen van een tafellaken

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Linnen
Dekservet/ Napperon
  1. Minder kilowas
  2. kostenbesparend
  3. Gemakkelijk te vervangen als het vuil is.

Slide 11 - Diapositive

Linnen
Servet/Serviette
  1. beschermen van kledij
  2. schoonmaken van mond en handen 

Slide 12 - Diapositive

Hoe kunnen we een servet plooien ?

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Wat is de volgorde van het linnen op tafel ?
A
Molton, tafellaken, dekservet, servet
B
Molton, dekservet, tafellaken, servet
C
Tafellaken, dekservet, molton, servet
D
Molton, servet, tafellaken, dekservet

Slide 15 - Quiz

De soorten bestekken 

Slide 16 - Diapositive


Slide 17 - Question ouverte


Slide 18 - Question ouverte


Ander woord voor klein bestek /dessertbestek:

Slide 19 - Question ouverte