Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 180 min
Éléments de cette leçon
H5 'Is er werk voor jou?'
Slide 1 - Diapositive
Programma 28 februari
Inleveren PO verzekeren
Uitleg H5 'Is er werk voor jou'
Instructie werken
Maken opdracht 1 t/m 5
Slide 2 - Diapositive
Waarom werken mensen?
Slide 3 - Carte mentale
Heb jij een bijbaan?
A
Ja
B
Nee
C
Alleen in de vakanties
D
Ik ben aan het solliciteren
Slide 4 - Quiz
Hoeveel uur werk je per week? (Gemiddeld)
Slide 5 - Question ouverte
In welke branche werk je? Bijvoorbeeld supermarkt, horeca, etc.
Slide 6 - Question ouverte
Wat is het verschil tussen 'geschoold' en ongeschoold' werk?
Slide 7 - Question ouverte
Grijs en Wit werken
Grijs werken = vrijwilligers werk (informele sector)
Wit werken = belasting en sociale premies betalen, geregistreerd bij CBS (formele sector)
Slide 8 - Diapositive
Wat is zwart werken?
Slide 9 - Question ouverte
Maandag 3 maart
Herhaling arbeidsmotieven
Arbeidsovereenkomst
Brutoloon - nettoloon
Zelfstandig maken opdracht 16 (bladzijde 133)
Klaar? Rekenopdracht 1 & 2 (bladzijde 152)
Slide 10 - Diapositive
Arbeidsmotieven
Redenen om te werken:
Geld verdienen
Nuttig of zinvol bezig zijn
Contacten met anderen
Jezelf ontwikkelen
Slide 11 - Diapositive
Arbeidsovereenkomst
(Contract)
Hierin staan afspraken tussen de werkgever en de werknemer.
Slide 12 - Diapositive
Wat staat er in je arbeidsovereenkomst (Contract)
Slide 13 - Carte mentale
Weet jij al wat voor werk je later graag zou willen doen?
Graag antwoorden met Ja, Nee of Twijfel. Ook graag aangeven wat dit zou zijn
Slide 14 - Question ouverte
Ik zou tevreden zijn met het volgende (bruto)startsalaris:
€1500-€2000
€2000-€2500
€2500-€3000
€3000-€3500
€3500-€4000
Hoger dan €4000
Slide 15 - Sondage
Wat is van invloed op de hoogte van je salaris? (waardoor wordt het meer/minder?)
Slide 16 - Carte mentale
Hoogte van je salaris
Is afhankelijk van:
Opleiding
Functie
Leeftijd
Werkervaring
Hoeveel uren je werkt
Slide 17 - Diapositive
Van brutoloon naar nettoloon
In je arbeidsovereenkomst staat je brutoloon
Op je bankrekening komt je nettoloon
Tip: brutoloon is altijd hoger!
Slide 18 - Diapositive
In je contract staat je brutosalaris, dat is €1650,-. Er gaat 27% van je brutosalaris af voor belastingen en premies. Hoeveel euro wordt er overgemaakt op je bankrekening?
Slide 19 - Question ouverte
Het brutoloon van Anna is €2.200. Er gaat 32% af voor belastingen en premies. Hoeveel is het nettoloon van Anna?
Slide 20 - Question ouverte
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Vrijdag 7 maart
PO verzekeren inleveren + cijfers
Herhaling vorige les - rekenen met procenten
CV's beoordelen in 2 tallen
Feedback op CV's klassikaal bespreken
(Uitleg CV maken)
Slide 23 - Diapositive
Opdracht procenten
Noteer je naam, berekening en antwoord op de post-it.
Anna verdient €2.870,- bruto per maand. Per maand gaat er 24% af voor belastingen en premies. Bereken hoeveel euro er aan het eind van de maand op haar bankrekening wordt gestort.
Slide 24 - Diapositive
Opdracht CV's beoordelen
- Per tweetal 3 CV's
- Omcirkel samen de dingen die beter zouden kunnen (10 minuten)
- Daarna klassikaal bespreken (10 minuten)
- In welk programma ga jij je eigen CV maken? (5 minuten)