§1.3 Denken en doen

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

§1.3 Denken en doen

Huiswerk (7-10)

Maken: opdracht 1 t/m 7 van §1.3

Lezen: §1.3

Leren: Begrippen §1.3

Repetitie: 21 oktober 

Leerdoelen

Je kunt uitleggen:

- Waarom en hoe boeren hun voorouders vereren

- Waarom boeren goden in de natuur vereren

- Waardoor de verschillen tussen jagers-verzamelaars klein zijn

- Waardoor de verschillen tussen boeren groter worden

Wat is typisch
Nederlands?

Aanzien is hoe belangrijk iemand wordt gevonden door anderen

Noem mensen met
veel aanzien

Macht is dat je anderen kan laten doen wat jij wilt

Noem mensen met
veel macht

Wat is cultuur?

Voorbeeld van cultuur (Denken)

"Ik wil kleding dragen die lekker zit"

"Ik wil kleding dragen dat er goed uit ziet"

"Ik wil kleding dragen die veel andere mensen ook dragen"

Voorbeeld van cultuur (Doen)

Voorbeeld van cultuur (Denken)

"Wat gebeurd er na mijn dood?"

"Ik denk dat er een leven is is na de dood"

"Ik moet een overleden persoon een plek geven van waar ze naar dat leven toe kunnen"

"In dat leven hebben ze misschien ook spullen nodig"

Verering van voorouders

De boeren vereren hun voorouders met grote graven

In die graven geven ze hun voorouders ook giften

Deze kunnen ze dan gebruiken in het hiernamaals

Door deze graven leren we veel over de cultuur van de boeren

Filmpje

Hunebedden

Natuurgoden

Veel dingen zijn in de prehistorie onbegrijpelijk

Hier kon maar één verklaring voor zijn: goden

Deze goden bepalen alles in de natuur

De natuurgoden krijgen vaak een cadeau om ze blij te houden

Venusbeeld

Dit beeldje was een prehistorische godin. Ze was de godin van vruchtbaarheid en kon zorgen voor gezonde kinderen. Deze kunst werd gemaakt als cadeau voor de godin.

Sleep de woorden naar de juiste plek in de tekst

De boeren gaven hun doden [.............1..............] 

mee, omdat ze waarschijnlijk [.............2..............] dat de doden doorleefden in een 

[.............3..............]. Hieraan kon je goed zien of iemand [.............4..............] had, want dan kreeg deze persoon [.............5..............] voorwerpen mee.

geloofden

hiernamaals

cadeaus

macht

dure

Bij de samenleving van jager-verzamelaars...

1 Werden voorwerpen vaak door iedereen gebruikt

Bij de samenleving van boeren...

2 Namen leden van de groep samen besluiten

3 Was weinig verschil in waardering tussen leden van de groep

1 Werd opgekeken naar mensen die succes hadden

2 Had de ene boer meer spullen dan de andere

3 Werden rijke boeren de baas in het dorp

Lees bladzijde 15/16:

Zet de begrippen bij de juiste zinnen

Aanzien

Bezit

Macht

Macht

Aanzien

Bezit

Aan de slag

Twee opties

1. Volg de uitleg over sociale verschillen tussen jager-verzamelaars en tussen boeren

2. Maak opdrachten 4 en 5
Klaar?: Ga verder met de huiswerkopdrachten

Weinig verschil bij jagers

Jagers-verzamelaars hebben weinig bezit

Veel dingen worden met de groep gedeeld

Hierdoor had iedereen ongeveer evenveel aanzien en macht

Waarom hadden jagers weinig bezittingen?

Waarom was er tussen jagers-verzamelaars weinig verschillen in macht

Veel verschil bij boeren

Boeren konden veel meer bezit hebben

Sommige boeren werden rijk, sommige arm

Rijke boeren hadden meer aanzien en macht

Dit noemen we sociale verschillen

Sociaal

Sociaal gaat over hoe mensen met elkaar omgaan en wat hun plek is in de groep

Waarom hadden boeren meer bezittingen dan jagers-verzamelaars?

Waarom was er tussen boeren meer verschillen in macht en aanzien

Huiswerk (7-10)

Schrijf op in je PLENDA

Voor na de vakantie maken opdracht 1 t/m 7 van §1.3

Lezen: §1.3

Leren: Begrippen §1.3