week 2 les 5
Typ het woord dat je hoort
1 / 12
La durée de la leçon est: 5 minÉléments de cette leçon
Typ het woord dat je hoort
Slide 1 - Question ouverte
Typ het woord dat je hoort
Slide 2 - Question ouverte
ik heb gehouden
t.t. ik..........
t.t. ik..........
Slide 3 - Question ouverte
ik heb gehouden
v.t. ik..........
v.t. ik..........
Slide 4 - Question ouverte
hij is verbrand
t.t. hij............
t.t. hij............
Slide 5 - Question ouverte
hij is verbrand
v.t. hij............
v.t. hij............
Slide 6 - Question ouverte
Hij heeft gericht
t.t. hij.............
t.t. hij.............
Slide 7 - Question ouverte
Hij heeft gericht
v.t. hij.............
v.t. hij.............
Slide 8 - Question ouverte
heb jij het vlees gekruid?
t.t............jij het vlees?
t.t............jij het vlees?
Slide 9 - Question ouverte
heb jij het vlees gekruid?
v.t............jij het vlees?
v.t............jij het vlees?
Slide 10 - Question ouverte
heeft je oma het afgerond?
t.t.............je oma het....?
t.t.............je oma het....?
Slide 11 - Question ouverte
heeft je oma het afgerond?
v.t.............je oma het....?
v.t.............je oma het....?
