NOVA 6.3 les 1 Omkeerbare reacties en evenwicht

6.4 Omkeerbare reacties en evenwicht
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

6.4 Omkeerbare reacties en evenwicht

Slide 1 - Diapositive

Na deze les kun je:
  • Uitleggen wat omkeerbare reacties zijn. 
  • Verschillende soorten evenwichten benoemen.
  • De concentratiebreuk voor een reactie opstellen.
  • De evenwichtsvoorwaarde voor een evenwicht geven.
  • Uitleggen hoe je een reactie aflopend kunt maken.

Slide 2 - Diapositive

Hoe gaan we dit doen?
  • 10 minuten stiltetijd => Lezen H6.3
  • Uitleg
  • Oefenen d.m.v. quiz
  • Maken opdrachten
timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

De kleur van deze buis bij 20°C verandert niet meer, dat betekent dat
A
de concentraties van beide gassen gelijk zijn
B
de concentraties van beide gassen constant is
C
al het kleurloze gas omgezet is in het bruine gas

Slide 7 - Quiz

De kleur van deze buis bij 20°C verandert niet meer, omdat
A
beide reacties zijn gestopt
B
er van beide gassen evenveel aanwezig is
C
de omzetting van bruin gas naar kleurloos gas even snel verloopt als van kleurloos gas naar bruin gas
D
de beginstof (het gas aan de linkerkant van de pijlen) op is

Slide 8 - Quiz

NOTEER EN LEER
Een evenwichtsreactie vindt plaats als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
1. [beginstoffen] = constant en [reactieproducten] = constant
2. sreactie --> = sreactie <--
3. alle stoffen uit de reactie zijn aanwezig
4. de reactie vindt plaats in een afgesloten omgeving

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Als een chemisch evenwicht is bereikt, stopt de reactie.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Wat gebeurt er met het evenwicht als stof C en/of D wordt verwijderd uit het reactiemengsel?

A + B <--> C + D
A
Er gebeurt niets
B
Het evenwicht verschuift naar links
C
Het evenwicht verschuift naar rechts

Slide 12 - Quiz

Bij een homogeen evenwicht heb je altijd te maken met een gasevenwicht
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Als je de concentratie van een van de stoffen in een evenwicht verandert, verandert op dat moment de waarde van K
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz

Waarin verandert het evenwicht wanneer je een katalysator toevoegt?
A
Nergens in.
B
De concentratie van reactieproducten worden groter.
C
De concentratie van de beginstoffen worden groter.
D
Het evenwicht wordt eerder gevormd.

Slide 15 - Quiz

Er bestaan evenwichtsreacties en aflopende reacties.
Welke bewering over evenwichtsreacties en aflopende reacties is juist?
A
Bij evenwicht is de reactiesnelheid nul.
B
Bij evenwicht zijn de concentraties voor en na de pijl gelijk.
C
Aflopende reacties hebben altijd een katalysator nodig.
D
Een aflopende reactie gaat door totdat een van de beginstoffen op is.

Slide 16 - Quiz

De gassen ammoniak en waterstofchloride zijn bij een temperatuur van 25 °C in evenwicht met ammoniumchloride NH3(g) + HCI(g) ⇆ NH4Cl(s).
Wat is hier de evenwichtsvoorwaarde K ?
A
K= 1 / [NH3] [HCl]
B
K= 1/[NH3] + [HCl]
C
K= [NH4Cl]/[NH3] [HCl]
D
K= [NH3] [HCl]

Slide 17 - Quiz

Wat wordt met een homogeen evenwicht bedoeld?
A
de beginstoffen zijn vast en de eindstoffen zijn vloeibaar
B
de eindstoffen zijn gasvormig en de beginstoffen hebben een andere fase
C
alle stoffen hebben dezelfde toestandsfase
D
alle stoffen hebben een verschillende toestandfase

Slide 18 - Quiz

Wat is de evenwichtsvoorwaarde (Kev) van de reactie in gasfase:
A + 2B <--> C + D
A
[C]*[D]/[A]*[B]
B
[C]*[D]/[A]*[B]+[B]
C
[C]+[D]/[A]+[B]+[B]
D
[C]*[D]/[A]*[B]*[B]

Slide 19 - Quiz

In een reageerbuis heeft zich met de aanwezige stoffen onderstaand evenwicht ingesteld:
Je voegt een overmaat natriumchloride-oplossing toe. Wat gebeurt er dan?
A
Niets
B
De reactie is aflopend naar rechts
C
De reactie is aflopend naar links

Slide 20 - Quiz

In een gesloten fles cola heerst onderstaand evenwicht:
Hoe noem je zo'n evenwicht?
A
Verdelingsevenwicht
B
Homogeen evenwicht
C
Heterogeen evenwicht

Slide 21 - Quiz

Als een fles cola een tijdje open is gaat "de prik" eruit. Naar welke kant is het evenwicht opgeschoven?
A
Naar links
B
Naar rechts
C
Evenwicht blijft zoals het was

Slide 22 - Quiz

Aan de slag!
  • Maken HAVO opdracht: 33, 34, 36, 39, 40 en 44

Slide 23 - Diapositive

Na deze les kun je:
  • Uitleggen wat omkeerbare reacties zijn. 
  • Verschillende soorten evenwichten benoemen.
  • De concentratiebreuk voor een reactie opstellen.
  • De evenwichtsvoorwaarde voor een evenwicht geven.
  • Uitleggen hoe je een reactie aflopend kunt maken.

Slide 24 - Diapositive

Volgende les
  • .
  • De concentratiebreuk voor een reactie opstellen.
  • De evenwichtsvoorwaarde voor een evenwicht geven.

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Slide 28 - Vidéo

Slide 29 - Vidéo

Slide 30 - Vidéo

Slide 31 - Vidéo