Cette leçon contient 23 diapositives, avec diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Examentraining Hoofdstuk 7 versie C
Slide 1 - Diapositive
Wat neem je mee naar het examen?
Let op:
Bij meerkeuze vragen maar 1 antwoord goed
Geld twee cijfers achter de komma
Berekeningen altijd opschrijven
Kijk op hoeveel decimaal je moet afronden
Als er om een uitleg wordt gevraagd deze opschrijven
Slide 2 - Diapositive
Als je het woord afzetmarkt niet gebruikt 0 punten.
Wat is afzet? Vergeten, boek bladzijde 73.
Wat gebeurt er met import en export als er geen handelsbelemmeringen zijn. Welk gevolg heeft dit voor de afzetmarkt?
Slide 3 - Diapositive
Nedeland moet Canadese dollars kopen.
Is dan een lage of een hoge koesr gunstig?
Wat gebeurt er dan met de prijs van de producten.
Willen Canadezen veel kopen met een lag of hoge koers?
Slide 4 - Diapositive
Let op: GOEDEREN NAAR ANDERE LANDEN
Weet je het niet meer bladzijde 202
Je verkoopt al 12 miljoen kilo en daar komt 150% bij
Slide 5 - Diapositive
Chinese munt daalt in waarde. Wat gebeurt er dan met de waarde van de dollar?
De schuld is in dollars
Slide 6 - Diapositive
Let op voor 2012
Hoeveel is de uitvoer?
De vraag hoeveel % is de uitvoer naar Indonesië van de totale uitvoer.
Welke formule?
- 2.2
Slide 7 - Diapositive
Je weet de uitvoer naar de VS.
Wat moet je weten om te kunnen concluderen dat de VS superbelangrijk is?
Slide 8 - Diapositive
Je weet nu de exportquote.
Je weet dus hoeveel procent de uitvoerwaarde van het nationaal inkomen is.
Nu kan je de exportwaarde uitrekenen.
Daarna moet je de exportwaarde naar de VS in procenten uitrukken van de totale uitvoerwaarde.
Welke formule?
Slide 9 - Diapositive
Als je wilt weten of het bij diensten import of export is dan moet je kijken naar de geld stromen.
Export goederen land uit en geld komt land in
Importgoederen land in en geld gaat land uit
dus bij diensten
Slide 10 - Diapositive
Let op dat je niet mag noemen wat er in de opdracht staat.
Wat doen toeristen nog meer als ze op vakantie zijn?
Slide 11 - Diapositive
De koers van de kroon daalt.
Welk gevolg heeft dit voor het kopen van euro's?
Wat gebeurt er dan met de prijzen van geimporteerde goederen?
Slide 12 - Diapositive
De koers van de kroon daalt.
Welk gevolg heeft dit voor landen die producten uit Ijsland willen kopen?
Slide 13 - Diapositive
Er staat lletterlijk in de tekst wat je moet doen.
De exportquote wordt berekend door de waarde van de export uit te drukken in procenten van het nationaal inkomen
Slide 14 - Diapositive
Vraag is 2014
Hoeveel procent gaat er naar de wederuitvoer?
Hoeveel procent blijft er dan over voor de gewone producten?
Slide 15 - Diapositive
Wat gebeurt er met de prijs van spijkerbroeken uit de VS als de EU hier invoerrechten op heft?
Slide 16 - Diapositive
Waar staan de leters EMU voor?
Vergeten, je boek op bladzijde 210.
Slide 17 - Diapositive
Logisch nadenken, dit weet je.
Slide 18 - Diapositive
18.
Wat is het gevolg van stijging invoerrechten VS voor de invoer van Nederlandse producten?
Slide 19 - Diapositive
Open dag, weet je het niet meer bladzijde 205
Slide 20 - Diapositive
Hoe zit het ook al weer met vraag en aanbod?
Wat gebeurt er dan met de prijzen?
Slide 21 - Diapositive
21. Wat gaan landen doen als andere landen het land handelsbelemmeringen oplegt.
Wat zou jij doen als een land dit bij jouw land zou doen?
Slide 22 - Diapositive
22. Deze Fokke en Sukke is voor de Brexit. Witte bonen in tomatensaus kopen we veel in Groot Brittanie. Waarom denken ze dat dit product door de Brexit duur gaat worden.
Wat is een gevolg als GB uit de Europese Unie stapt?