§6.4 invloed op besluitvorming en globaliserin

• Maatschappijwetenschappen
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

§6.4 Invloed op besluitvorming en globalisering

• Je kunt benoemen welke omgevingsfactoren van invloed zijn op beleid.
• Je kent het verschil tussen een politieke partij en een pressiegroep.
• Je kent de verschillende hypothesen die er zijn over mediainvloed. 

Pagina 113

Vul aan!

Onder andere CDA, ChristenUnie en SGP 

staan achter het wetsvoorstel. 

Dit zijn allemaal partijen met de ideologie 1)... Uitgaande van het barrieremodel kun je stellen dat het beleid nu bij de volgende barriere is 2)... De leden van de Tweede Kamer hebben 3)... macht om de designerdrugswet door te voeren. 

Als politieke partijen hierover berichten op hun sociale media herken je daar de volgende functie van partijen in 4)...

Twee modellen van besluitvorming

	Systeemmodel	Barrièremodel
Een besluitvormingsproces is:	... net als een machine	... een politieke strijd om macht
De nadruk van het model ligt op de:	... eisen, steun, kansen en bedreigingen door omgevingsfactoren	... macht in besluitvorming: realisatiemacht en hindermacht

Tabel staat in het boek op blz 107

Omgevings

factoren

• Demografisch
  
• Ecologisch
  
• Cultureel
  
• Economisch
  
• Technologisch
  
• Sociaal
  

Politieke partij

• Kandidaten bij verkiezingen
  
• Gericht op het inrichten van de gehele samenleving
  
• Moet vaak compromissen sluiten
  

Pressiegroep

• Geen kandidaten bij verkiezingen
• Gericht op een enkel specifiek terrein in de samenleving
• Hoeft bijna nooit compromissen te sluiten

Aan de slag 

• Maak de tekstverkenners van 6.4
• Klaar? Lees de hypothesen van media invloed door

§6.4 Invloed op besluitvorming en globalisering

• Je kunt benoemen welke omgevingsfactoren van invloed zijn op beleid.
• Je kent het verschil tussen een politieke partij en een pressiegroep.
• Je kent de verschillende hypothesen die er zijn over mediainvloed. 

Pagina 113

Hypotheses

• Cultivatiehypothese - wereldbeeld mediakijker toont sterk overeenkomsten met de mediawerkelijkheid 
• Opinieleidershypothese - invloed van media via idolen
• De media framing hypothese - invalshoek van media
• Selectiviteitshypothese - keuzes die mensen zelf maken in media aanbod

Cultivatiehypothese

Socialiserende werking van de media.

Groep mensen die veel naar bepaalde soorten programma’s kijkt, wordt meer beinvloedt in het beeld dat zij van de werkelijkheid heeft dan de groep die dit niet doet.

Opinieleidershypothese

Gaat in op de invloed die opinieleiders/idolen direct of indirect hebben op mediagebruikers. Je neemt over wat idolen schrijven of promoten.

(Media)Framing

De manier waarop een onderwerp wordt gebracht, ingekleed en uitgelegd - bepaalde invalshoek wordt gegeven en bepaald het gesprek.

 

Selectiviteitshypothese

Richt zich op de invloed die de media niet hebben. Mensen selecteren zelf wat ze zien en wat niet. Er zijn drie manieren waarop er selectiviteit is. 

1. selectieve blootstelling (Welke info kom je tegen? Cookies? Algoritmes.) 

2. Selectieve perceptie (Wat zie je? Wat valt je op?)

3. Selectief onthouden. (Welke informatie sla je op)

Welke mediahypothese?

• Maak opdracht 16
• Hiervoor heb je 7 minuten 
• Je mag overleggen
• We bespreken deze straks meteen 

1.  cultivatiehypothese
2. media framing hypothese
3. opinieleidershypothese
4. opinieleidershypothese
5.  selectiviteitshypothese
6. cultivatiehypothese of media framing hypothese
7.  opinieleidershypothese of selectiviteitshypothese
8.  opinieleidershypothese, selectiviteitshypothese of cultivatiehypothese
9. 
   

Globalisering

Globalisering is het proces van uitbreiding en intensivering van contacten en afhankelijkheden over zeer grote afstand en over landsgrenzen heen

Hyperglobalisten

Andersglobalisten

Media invloed opdracht

• We kijken naar een nieuwsartikel over de protesten bij de UVA
• Tijdens het kijken (10 min) schrijf je 1 vraag op die te maken heeft met de theorieën van media en waarbij de bron gebruikt moet worden 
• Deze wisselen we uit: huiswerk voor volgende week

npo.nl

6.52-16.25

Aan de slag 

• Maak opdracht 16 af: onderscheiden mediahypothesen
• Klaar? Kijk zowel de tekst verkenners als opdracht 16 na
• Klaar? Maak de vraag die je hebt gekregen over de studentenprotesten