Kennismaken en fictie en non fictie

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g, mavo
• Leerjaar 1

Welkom!

Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint.

• Lesboek Nieuw Nederlands
• Schrift 
• Pen

Wat gaan we doen?

• Lesdoelen
• Afspraken
• Planning eerste periode
• Uitleg fictie en non-fictie
• Zelfstandig werken

Lesdoelen

• Ik weet wat de afspraken zijn in de klas.
  
• Ik weet wat ik moet meenemen.

Afspraken 

1. Als de docent praat ben jij stil.

2. Steek je hand op bij vragen/opmerkingen.

3. Je hebt de juiste spullen bij je. 

4. Respect voor elkaar en elkaars spullen.

5. Geen eten en drinken in de klas.

6. Naar de toilet voor of na de les.

7. geen telefoon.

Planning periode 1

leesvaardigheid

Elke maandag: jeugdjournaal + Quiz

Wat is Nederlands?

Het vak Nederlands is niet alleen begrijpend lezen, woorden goed kunnen schrijven maar ook:

Gesprekken voeren, iets goed kunnen uitleggen, presenteren, je woordenschat vergroten, figuurlijk taalgebruik leren, teksten herkennen en beoordelen (reclames, fake-news, waarschuwingen) naar elkaar luisteren en elkaar feedback geven.

Wat neem je mee?

• Lesboek Nieuw Nederlands 
• Laptop (opgeladen)
• Schrift
• Gevulde etui (2 kleuren pennen 1 voor werk en 1 voor nakijken)
• Een leesboek (pasje mediatheek, deze krijg je nog)
• Oortjes (niet verplicht)

Plenda

Deze zit natuurlijk altijd in je tas! 

We vullen deze samen in als ik huiswerk opgeef. 

Het zelfstandig werken

Bij zelfstandig werken ben je stil en werk je alleen.

Soms mag je met muziek aan werken. Dit mag alleen met oortjes in en een vaste playlist.

Als je klaar bent met je werk, staat er vaak op het bord wat je daarna kan doen. 

Samenwerken

Als er staat dat je mag samenwerken:

Mag je rustig overleggen met je buurman of buurvrouw.

Zit je alleen? Dan werk je alleen.

Fictie en non-fictie

Fictie: verzonnen verhalen

weet jij een voorbeeld?

Non-fictie: teksten over de werkelijkheid

weet jij een voorbeeld?

fictie

non-fictie

tijdschriftartikel

gedicht

tekst op Wikipedia

journaal

toneelstuk

leesboek

                                                 Lees je met me mee?  
                       Pagina 60

Evaluatie

• Wat heb je geleerd deze les?
• Wat ging er goed?
• Wat kan beter?

Lesdoelen

• Ik weet wie er voor de klas staat bij Nederlands.
  
• Ik weet wat de afspraken zijn in de klas.
  
• Ik weet wat ik moet meenemen.
  
• Ik weet wat fictie en non-fictie is.
• Ik kan de hoofdgedachte van een tekst herkennen.

Tot de volgende les!