Herhalingsles na de herfstvakantie

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Lesprogramma

1. 10 minuten lezen

2. herhaling zin in zinsdelen verdelen

3. korte uitleg over lidwoord, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord

4. aan de slag!

voor de vakantie...

- Heb je geleerd hoe je een zin in zinsdelen moet verdelen.

- Hoe je in de zin de persoonsvorm vindt.

Hierna doen we aan paar opdrachten om je geheugen weer wat op te frissen.

Wat zijn zinsdelen?

1. losse woorden
2. een zin verdeeld in stukken

Welk zinsdeel moet je als eerste zoeken als je een zin in zinsdelen gaat verdelen?

Ik / wil / naar huis.

Alles wat voor de pv kan staan, is een zinsdeel. Wat is dus zeker een zinsdeel?

1. ik
2. naar huis
3. wil
4. niets

Verdeel onderstaande zin in zindelen:

Mijn moeder heeft koekjes gekocht.

Verdeel onderstaande zin in zindelen.

Mijn moeder heeft vorige week koekjes gekocht.

Verdeel onderstaande zin in zindelen.

Vorige week heeft mijn moeder bij de bakker koekjes gekocht.

Zinsdelen
Hoeveel zinsdelen heeft de zin?
'Wanneer starten de scholen weer?'

1. 4 zinsdelen
2. 5 zinsdelen
3. 3 zinsdelen
4. 6 zinsdelen

de persoonsvorm

Je hebt drie manieren om de persoonsvorm in de zin te vinden:

1. Je zet de zin in een andere tijd (t.t. of v.t.). Het werkwoord dat verandert is de pv.

2. Je verandert de zin van getal (m.v. of e.v.). Het werkwoord dat verandert is de pv.

3. Je maakt de zin vragend. Het werkwoord dat het meest vooraan staat, is de persoonsvorm.

De persoonsvorm is een .....

1. Persoon
2. Ding
3. Werkwoord
4. Zelfstandig naamwoord

Wat is de persoonsvorm?

De persoonsvorm

Mijn moeder

heeft

mijn brood

gesmeerd

Wat is de persoonsvorm in deze zin?

Hoe vind je ook alweer de persoonsvorm?

1. Hoe
2. vind
3. je
4. ook

Wat is de persoonsvorm?

Het heeft niet zo kunnen zijn.

1. Het
2. zijn
3. kunnen
4. heeft

Wat is de persoonsvorm?

1. Jip en Janneke
2. verstoppertje
3. op straat
4. spelen

Vraag: sleep de persoonsvormen.

Persoonsvormen

De

man

sluit

de

winkel,

want

er

komen

te

weinig

klanten.

Wat is de persoonsvorm?

De persoonsvorm

Piet

drinkt

een blikje cola

in de pauze

Wat is de persoonsvorm?

De persoonsvorm

Janneke

heeft

haar werk

goed

gedaan

Let op!

Leer jezelf aan de persoonsvorm uitsluitend te zoeken door de zin van tijd of getal te veranderen. Het maken van een vraagzin om de pv te vinden, gaat op een zeker moment namelijk niet meer werken. 

bijv. Wat zijn de persoonsvormen in de zin?

'Pieter ging op vakantie en Maartje heeft haar verjaardag gevierd.'

Aan de slag!

Maak in jouw leerroute de volgende hoofdstukken.

hfdst. 1 Grammatica – woordbenoemen – zelfstandig naamwoord en lidwoord

+

hfdst. 2 Grammatica – woordbenoemen – bijvoeglijk naamwoord

Vraag: sleep de persoonsvormen.

Persoonsvormen

De

man

sluit

de

winkel,

want

er

komen

te

weinig

klanten.