V&A hoofdstuk 3 deel 4/5

In hoofdstuk 3 kom je veel afkortingen tegen. Wat betekenen de volgende letters?
variabele
opbrengsten
hoeveelheid
totale
kosten
winst
constante
prijs
gemiddelde
G
q
V
K
C
P
T
W
O
1 / 11
suivant
Slide 1: Question de remorquage
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

In hoofdstuk 3 kom je veel afkortingen tegen. Wat betekenen de volgende letters?
variabele
opbrengsten
hoeveelheid
totale
kosten
winst
constante
prijs
gemiddelde
G
q
V
K
C
P
T
W
O

Slide 1 - Question de remorquage

Koppel de afkorting aan de formule.
TVK / q
TO - TK
GVK + GCK
P x q
TO =
TW =
GTK = 
GVK =

Slide 2 - Question de remorquage

break-evenpunt
maximale winst
q volgt uit:
GO = GTK
q volgt uit:
MO = MK
TW = 0
TW kan positief of negatief zijn.

Slide 3 - Question de remorquage

MK = 16 + q. MO = 28. Bij welke productieomvang (q) is de winst maximaal?
A
q = 16
B
q = 28
C
q = 12

Slide 4 - Quiz

MO = 16. MK = q + 4.
TK = 0,5q2 + 4q + 40.
Bereken de maximale winst.
A
q = 12 TW = 32
B
q = 16 TW = 24
C
q = 4 TW = 0
D
q = 12 TW = 12

Slide 5 - Quiz

P=70
Bereken de maximale winst.
A
TW = 2.450
B
TW = 1.925
C
TW = 525
D
TW = 1.225

Slide 6 - Quiz

p = 70, q = 35
TW = TO - TK
TO = p x q = 70 x 35 = 2.450
TK = GTK x q = 55 x 35 = 1.925
TW = 2.450 - 1.925 = 525

Slide 7 - Diapositive

De individuele aanbodlijn
Ondernemers streven naar maximale winst (die op de marktvorm volkomen concurrentie niet hoog is), MO=MK.

Gegeven de marktprijs (=MO) bepaalt MK dus hoeveel een ondernemer aanbiedt. Daarom geldt:

de individuele aanbodlijn is gelijk aan MK, zolang MK>GVK.

Slide 8 - Diapositive

Als GO > GVK is stoppen met produceren verliesgevender dan doorgaan zolang de constante kosten doorlopen.
Als GO > GTK maakt de ondernemer winst.
TW is maximaal als MO=MK.

Slide 9 - Diapositive

doelstellingen van een bedrijf
Break-even / Maximale winst / (minimale kostprijs)

Of: een doelstelling waarbij ook wordt gekeken naar de externe kosten,  kosten die niet in de prijs zijn meegenomen maar wel de maatschappelijke welvaart beïnvloeden.


Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive