LES 5: De eindopdracht De schoolreis

Start rekenen 1F Leerwerkboek A
Domein 2 Verhoudingen
  • Hoofdstuk 8 Verhoudingen
  • De eindopdracht
  • Het schoolreisje
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 4

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Start rekenen 1F Leerwerkboek A
Domein 2 Verhoudingen
  • Hoofdstuk 8 Verhoudingen
  • De eindopdracht
  • Het schoolreisje

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les ...

  • Heb ik op een goede manier samengewerkt
  • Weet ik hoe ik een verhoudingstabel moet gebruiken
  • Weet ik wat de kosten van het schoolreisje per persoon zijn
  • Weet ik welke stappen ik moet nemen om te berekenen wat de kosten zij

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik lees de vraag
Door welk getal kun je beide getallen delen
Schrijf de berekening (som) op
Schrijf de cijfers in de verhoudingstabel

Slide 3 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stap 2 de bus rijd 75 km
De bus verbruikt 1 liter diesel per 3 kilometer
Kilometer
Diesel
Verhoudingstabel 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stap 2 de bus rijdt 75 km
De bus verbruikt 1 liter diesel per 3 kilometer
Hoeveel liter diesel verbruikt de bus als hij 75 km rijdt?
Kilometer
      3
25x3=75
      75
Liter Diesel
       1
25x1=25
      25
Verhoudingstabel 

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De prijs van diesel is E 1, 20 per liter
Hoeveel kost de diesel in totaal
Verhoudingstabel 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De prijs van diesel is E 1, 20 per liter
Hoeveel kost de diesel in totaal
1 liter
25 liter
1,20
25 x 1,20
Verhoudingstabel 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De huur van de bus is 300,-
Wat zijn de totale kosten voor bus en diesel?
Verhoudingstabel 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Er zitten in totaal 60 kinderen in de klassen. 1 op de 15 kinderen is ziek. Hoeveel kaartjes moeten er gekocht worden?
Verhoudingstabel 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Er zitten in totaal 60 kinderen in de klassen. 1 op de 15 kinderen is ziek. Hoeveel kaartjes moeten er gekocht worden?

1 zieke
4 x 1 = 4
   4
15 kinderen
     4x 15 = 60
  60
Verhoudingstabel 

Slide 11 - Diapositive

4 van de 60 leerlingen zijn ziek

60 - 4= 56 kaartjes
Aan de slag
Je bent klaar om de toets te maken

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet ik nu van verhoudingen?
Wat heb ik geleerd?

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Verhoudingstabel 

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soms moet je eerst verkleinen om daarna te vergroten
Verhoudingstabel 

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions