L2ZH Herhalingsles

Welkom!
 Telefoon in je telefoontas
Ga zitten volgens plattegrond

1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 35 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom!
 Telefoon in je telefoontas
Ga zitten volgens plattegrond

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning
  • Herhalen van hoofdstuk 
  • vragen beantwoorden
  • leren
  • Afsluiten 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

7.1 Gezond eten

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen 
  • Je kunt uitleggen wat eetgewoonten zijn en hoe het komt dat deze verschillen.
  • Je kunt uitleggen wat voedingsmiddelen, voedingsstoffen en voedingsvezels zijn. 
  • Je kunt de groepen voedingsstoffen noemen. 
  • Je kunt uitleggen wanneer je gezond eet en wanneer je het beste kunt eten. 

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eetgewoonten
Wat je eet en wanneer je dat doet noemen we eetgewoonten:
  1. Je voorkeur;
  2. Je afkomst/cultuur;
  3. Je geloof;

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zit er in je eten?

  • Alles wat je eet en drinkt zijn voedingsmiddelen.

  • Voedingsmiddelen bestaan uit voedingsstoffen.

  • Voedingsvezels zijn GEEN voedingsstoffen, maar zijn wel belangrijk!

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke groepen voedingsstoffen zijn er?

3 groepen voedingsstoffen

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

schijf van vijf
Schijf van vijf                                                                                                       

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

7.2 energie

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen 
  • Je kunt uitleggen hoe je aan energie komt.
  • Je kunt uitleggen hoeveel energie je nodig hebt en waar dat van afhangt.
  • Je kunt uitleggen waarom je matig moet zijn met suiker en vet.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

We hebben energie nodig om
  • Om te bewegen
  • om ons lichaam op temperatuur te houden 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar komt onze energie vandaan?
Uit energierijke stoffen in ons eten en drinken. De energierijke stoffen zijn:
  • Koolhydraten= zetmeel en suiker. Het zit in brood, aardappelen, bananen, honing, enz..
  • Vetten: olie, noten, vette vis, roomboter, margarine, enz.. 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel energie heb je nodig?
Hoeveel energie je nodig hebt hangt af van drie dingen:
  • Activiteit
  • Leeftijd
  • Geslacht

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel energie zit er in het voedingsmiddel?
Energie kan worden aangegeven met 
KJ= kilojoule
Kcal= Kilocalorie
1 kilocalorie = 4,2 kilojoules

kilocalorie                 kilojoule 
X 4,2
: 4,2

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tandbederf
Veel suiker eten 
Versnelt het ontstaan 
gaatjes. Dat heet 
Cariës of tandbederf.


Bacteriën maken
zuur van suiker en dat maakt het tandglazuur kapot

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Overgewicht

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

7.3 bouwen en beschermen

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen 
  • Je kunt uitleggen wat bouwstoffen zijn en waarvoor je ze nodig hebt.
  • Noem voorbeelden van voedingsstoffen die veel bouwstoffen bevatten.
  • Leg uit wat beschermende stoffen zijn en waarvoor we ze nodig hebben.
  • Noem voedingsstoffen die veel beschermende stoffen bevatten.
  • Beschrijf de eetstoornis, anorexia en boulimia. 
  • Leg uit welke gevolgen eetstoornissen hebben voor je lichaam

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bouwstoffen
                             Als we groeien maken we meer cellen aan


                                                     Bouwstoffen


                                 Eiwitten, mineralen, water en vetten

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarvoor heb je bouwstoffen nodig?

  1. Cellen vervangen -> cellen gaan dood
  2. Cellen repareren -> bij wondjes
  3. Water aanvullen -> verlies door zweten en                                               plassen

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Beschermende stoffen
In je voeding moeten voldoende beschermende stoffen zitten: vitaminen en mineralen​

Zorgen beiden ervoor dat je lichaam goed blijft werken en dat je niet ziek wordt. ​

Slide 21 - Diapositive

Vraag de leerlingen om voorbeelden te geven van voedingsmiddelen die veel vitaminen en mineralen bevatten.
Wat heb je nodig en de gevolgen?:
​Weinig van beiden nodig-> ADH (aanbevolen dagelijkse hoeveelheid)​

Krijg je toch te weinig vitaminen en mineralen binnen?-> Gebreksziekte​

Bijv. te kort aan vitamine A-> nachtblindheid​






Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eetstoornissen
  • Anorexia nervosa
  • Boulimia nervosa

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

7.4 Voedsel verteren

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen 
  • Je beschrijft hoe je voedsel door het verteringsstelsel gaat.
  • Je kunt uitleggen hoe je voedsel wordt verteerd.
  • Je kunt beschrijven waar in je lichaam vertering gebeurt. 
  • Je kunt uitleggen hoe de voedingsstoffen in je bloed komen. 
  • Je kunt uitleggen wat er na vertering met de voedselresten gebeurt.
  • Je kunt uitleggen hoe verteringssappen werken.

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Peristaltische beweging






Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vertering
  • Speeksel
- zetmeel (koolhydraat)

  • Maagsap:
- eiwitten 

  • Alvleessap:
koolhydraten, eiwitten en vetten 

  • Dunne darmsap:
Koolhydraten, eiwitten en vetten



Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Enzymen
Enzymen maken grote voedingsstoffen klein (knippen). Elke voedingsstof heeft zijn eigen enzym.
Een enzym:
  1. bindt aan de voedingsstof
  2. knipt de voedingsstof in stukken
  3. laat los en kan opnieuw een zelfde voedingsstof afbreken

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Enzymwerking
Boven de minimumtemperatuur werken enzymen langzaam

bij de optimumtemperatuur werken enzymen het snelst

boven de maximum temperatuur gaan de enzymen kapot.

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Darmplooien/vlokken
Groot oppervlak, veel kleine bloedvaatjes. Haarvaatjes.

1. Door darmwand
2. Door wand bloedvaten
3. in het bloed


Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dikke darm en endeldarm
Onverteerde voedselresten komen vanuit de dunne darm terecht in de dikke darm
  • voedselbrij wordt ingedikt
  • tijdelijke opslag in de endeldarm
  • ontlasting verlaat het lichaam via de anus 

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

VRAGEN?

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

wat
Leren 
Hoe
Lees de tekst van basisstof 
Hulp
1) boek    2) medeleerling  3 ) docent
Tijd
Tijdens de les

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions