Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Een bankrekening openen
Slide 1 - Diapositive
Bij welke bank heb jij een rekening?
ABN AMRO
ING
RABO
SNS
Slide 2 - Sondage
Wat heb je nodig om een bankrekening te openen?
A
geld , legitimatiebewijs
B
handtekening, legitimatiebewijs
C
creditcard, geld
D
legitimatiebewijs
Slide 3 - Quiz
De woorden
de bankrekening - de balie -
het legitimatiebewijs
de pen- liggen - openen - zo'n
Slide 4 - Diapositive
www.nt2plus.nl
Slide 5 - Lien
Waar is Sarah? (hele zinnen)
Slide 6 - Question ouverte
Wat wil Sarah? (hele zinnen)
Slide 7 - Question ouverte
Wat heeft de bank van Sarah nodig?
A
een legitimatiebewijs
B
een formulier
C
een pen
D
een nummer
Slide 8 - Quiz
Wat moet Sarah invullen? (hele zinnen)
Slide 9 - Question ouverte
Wat mag Sarah gebruiken?
A
een tafel
B
een formulier
C
een pen
D
een bankrekening
Slide 10 - Quiz
Wat is een legitimatiebewijs?
A
paspoort, pasfoto
B
identiteitskaart, OV-chipkaart
C
identiteitskaart, rijbewijs, pasfoto
D
paspoort, identiteitskaart
Slide 11 - Quiz
Wat zie je op de foto?
A
een rekening openen
B
contactloos betalen
C
internet bankieren
D
pinnen
Slide 12 - Quiz
Iemand van dienst zijn
Wat kan ik voor u doen?
Kan ik u misschien helpen?
Hebt u nog vragen? Heb je verder nog vragen?
Kan ik u ergens mee helpen?
Slide 13 - Diapositive
Wat .....ik voor u .....?
Slide 14 - Question ouverte
....ik u misschien.....?
Slide 15 - Question ouverte
......u nog .....?
Slide 16 - Question ouverte
......ik u ergens mee ......?
Slide 17 - Question ouverte
Iemand een dienst vragen
Ik wil graag een rekening openen.
Ik wil graag een creditcard aanvragen.
Ik wil graag meer informatie over de studentenrekening.
Waarvoor is dit formulier?
Slide 18 - Diapositive
Ik ....graag een rekening.......
Slide 19 - Question ouverte
Ik .....graag een creditcard ........
Slide 20 - Question ouverte
De woorden
het formulier - het legitimatiebewijs - het paspoort - het rijbewijs - de studentenkaart - de student - de betaalpas - de creditcard - de pinpas - de automaat - de kosten- de rekening - de handtekening - de euro
Slide 21 - Diapositive
U moet eerst een .......invullen
Slide 22 - Question ouverte
Een paspoort of identiteitskaart is een ..........
Slide 23 - Question ouverte
Iemand die studeert is een ......
Slide 24 - Question ouverte
Als je een rekening opent, dan krijg je een .......
A
paspoort
B
betaalpas
C
cadeautje
D
formulier
Slide 25 - Quiz
Met een pinpas kan je geld uit een .....halen
A
automaat
B
bank
C
rekening
D
portemonnee
Slide 26 - Quiz
Ik wil graag een .......openen.
Slide 27 - Question ouverte
Op het formulier kunt u uw .....zetten.
A
tekening
B
rekening
C
legitimatiebewijs
D
handtekening
Slide 28 - Quiz
De woorden
speciaal - uit - overal - waarvoor - zo'n - via - extra - binnen 14 dagen - prettig - tot ziens